3.4 - Het landschap verandert

3.4 - Het landschap verandert
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

3.4 - Het landschap verandert

Slide 1 - Tekstslide

leerdoelen
- wat is verwering en welke vormen heb je daarvan?
- hoe ontstaan bergen?
- Waarom hebben niet alle bergen scherpe toppen?

Slide 2 - Tekstslide

De aarde in beweging

Er zitten breuken in de aardkorst

Aardplaten - delen van de aardkorst

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

0

Slide 5 - Video

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Verwering
Het uiteenvallen (kapot gaan) van gesteente door temperatuurverschillen, water en plantenwortels.

Slide 8 - Tekstslide

verwering door plantengroei.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Verwering
- Temperatuursverschillen
- Plantengroei
- Water (vorstverwering)
- Chemisch ( oplossen)

Slide 11 - Tekstslide

Wat was dan ook alweer het verschil
verwering - erosie en Sedimentatie?

Slide 12 - Tekstslide

VERWERING = SLOPEN

EROSIE = VERPLAATSEN /meenemen

Sedimentatie = Neerleggen


Slide 13 - Tekstslide

Wat ontstaat er op plekken waar aardplaten tegen elkaar botsen
A
heuvels
B
een kromming
C
plooiingsgebergten
D
niet zoveel

Slide 14 - Quizvraag

Wat betekent verwering?
A
gesteente wordt neergezet
B
het kapot gaan van gesteente
C
erosie
D
sedimentatie

Slide 15 - Quizvraag

Op welke drie manieren valt gesteente uit elkaar?
A
temperatuur, plantenwortels en vorst
B
sedimentatie, erosie en plantenwortels
C
vorst, plantenwortels en de wind
D
golven, vorst en temperatuur

Slide 16 - Quizvraag

De juiste volgorde is
A
erosie, sedimentatie, verwering
B
sedimentatie, verwering, erosie
C
verwering,erosie, sedimentatie

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Link

Huiswerk
Maken voor vrijdag 1-11
Werkboek paragraaf  3.4 - opdracht 1 t/m 3
blz 60- 61

Slide 19 - Tekstslide

Neem over en vul de lege stukjes in.

P3.4
De Alpen zijn ontstaan doordat ....... op de aarde bewegen. Bij de Alpen botsen twee platen tegen elkaar aan,
de .... plaat en de ..... plaat  
een gebergte wat op deze manier ontstaat heet een .....
De Alpen groeien nog steeds/ niet meer


Slide 20 - Tekstslide

Neem over en vul de lege stukjes in.

P3.4
De Alpen zijn ontstaan doordat aardplaten op de aarde bewegen. Bij de Alpen botsen twee platen tegen elkaar aan,
de Afrikaanse plaat en de Euraziatische plaat  
een gebergte wat op deze manier ontstaat heet een plooiingsgebergte. De Alpen groeien nog steeds.



Slide 21 - Tekstslide

leerdoelen
- Wat zijn stuwwallen
- hoe zijn stuwwallen ontstaan en wanneer?
- Wat is dekzand en hoe komt dat in Nederland
- herhalen verwering en plooiingsgebergte

Slide 22 - Tekstslide

Wat was ook alweer Verwering?
Wat heeft dat te maken met erosie en sedimentatie?
Welke vormen van verwering waren er?

Slide 23 - Tekstslide

Stuwwallen
- gevormd tijdens het Saalien (de een na laatste) ijstijd 
- door ijstongen (gletsjers)

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

DEKZAND - laatste ijstijd
Nederland lag niet meer onder het ijs. 
koud  gebied - poolwoestijn
Noordzee lag droog - wind vrij spel - blaast dekzand over Nederland

Slide 26 - Tekstslide

DEKZAND

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

huiswerk
maken  opdracht 4 t/m 6 blz.  62-63
dinsdag 4-11 

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

hoe ontstaat een gebergte zoals de Alpen?

Slide 32 - Open vraag

hoe kan gesteente verweren?

Slide 33 - Open vraag

leg uit hoe een gebergte door verwering en erosie wordt afgebroken

Slide 34 - Open vraag

Hoe en wanneer ontstonden de stuwwallen in Nederland?

Slide 35 - Open vraag

Hoe is dekzand in Nederland neergelegd?

Slide 36 - Open vraag

De Noordzee kwam droog te liggen tijdens de ijstijden omdat
A
het zeewater zich had verplaatst richting de evenaar.
B
het vrijwel niet meer regende.
C
het (zee)water was opgeslagen in het ijs.
D
het ijs het zeewater had verplaatst.

Slide 37 - Quizvraag

Kleileem is
A
het materiaal dat het ijs meevoert.
B
samengedrukt leem, grind en zand.
C
leem dat bruikbaar is voor de bouw van woningen
D
vloeibaar materiaal onder de ijskappen.

Slide 38 - Quizvraag

Waarom zijn er geen stuwwallen in Zuid-Limburg?
A
Zuid-Limburg ligt daarvoor te hoog.
B
De bodem is niet geschikt voor stuwwallen.
C
Het ijs is daar nooit gekomen.
D
Het was er te warm.

Slide 39 - Quizvraag

In Drenthe liggen nog steeds zwerfkeien. Waar zijn ze voor gebruikt?
A
Voor het maken van grind.
B
Voor de aanleg van wegen.
C
Voor het afbakenen van percelen.
D
Voor de bouw van hunebedden.

Slide 40 - Quizvraag

In tegenstelling tot het Saale glaciaal was er tijdens het Weichsel glaciaal
A
geen landijs in Nederland.
B
geen vegetatie in Zuid-Limburg.
C
geen lage temperatuur.
D
een hoge zeespiegel.

Slide 41 - Quizvraag

In het grootste deel van Nederland kwam .... te liggen, in Zuid-Limburg kwam .... terecht.
A
dekzand - zwerfkeien
B
zwerfkeien - dekzand
C
dekzand - löss
D
löss - dekzand

Slide 42 - Quizvraag

Slide 43 - Tekstslide

Welke 2 woorden passen het beste bij de foto?
Kies uit: Kies uit: verwering – erosie – sedimentatie.
Leg uit waarom

Slide 44 - Open vraag

Slide 45 - Tekstslide

Je zag net op de foto kalksteen met fossiele zeedieren hoog in de Alpen in Oostenrijk. Wat is een fossiel?
A
Een fossiel is een dier dat of een plant die in een gesteente is terechtgekomen en zo miljoenen jaren lang is bewaard.
B
Een fossiel is een schelp

Slide 46 - Quizvraag

Hoe zijn deze fossiele zeediertjes zo hoog in de Alpen in dit gesteente terechtgekomen?

Slide 47 - Open vraag

Slide 48 - Tekstslide

Hoe zie je op de foto dat in dit gebied een gletsjer voor erosie heeft gezorgd?

Slide 49 - Open vraag

Wat is een stuwwal?

Slide 50 - Open vraag

Wat is dekzand en hoe is dekzand in NL terechtgekomen?

Slide 51 - Open vraag