In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Onderdelen in deze les
0
Slide 1 - Video
Wonen en werken
Hoe je iets inricht bepaalt wat je er kunt doen.
Denk aan je eigen huis: iedere kamer heeft zijn eigen doel, zijn eigen inrichting.
Slide 2 - Tekstslide
INFRASTRUCTUUR
Infrastructuur zijn voorzieningen in een wijk waardoor het beter kan functioneren, zoals wegen, spoorlijnen, leidingen, havens, bruggen en vliegvelden.
Slide 3 - Tekstslide
Welke kamer(s) vind jij fijn in je huis?
Slide 4 - Open vraag
Wat doe je het meest in de woonkamer?
Slide 5 - Open vraag
Welke voorziening gebruik jij in de wijk? (winkel, school, bibliotheek, park, enz.)
Slide 6 - Open vraag
Wat heeft een een wijk nodig aan voorzieningen?
Slide 7 - Open vraag
Infrastructuur is...
A
voorzieningen waardoor een wijk aantrekkelijk is
B
voorzieningen waardoor een wijk beter 'werkt'
C
voorzieningen waardoor mensen er willen wonen
D
Geen mening
Slide 8 - Quizvraag
Hoe je een wijk inricht bepaalt of je er wilt wonen of niet
A
Waar
B
Klopt!
C
Geen mening
D
Niet waar
Slide 9 - Quizvraag
Iedere kamer heeft zijn eigen doel, zo heeft een architect erover nagedacht...
A
Waar
B
Klopt!
C
Geen mening
D
Niet waar
Slide 10 - Quizvraag
0
Slide 11 - Video
0
Slide 12 - Video
wikikids.nl
Slide 13 - Link
Opdracht 1 (woordweb)
Zoek op hoeveel EN welke wijken Almelo heeft.
Maak een foto van je werk (en bewaar het!)
Slide 14 - Tekstslide
Opdracht 2: schema
Maak een schema. (horizontaal kamers, verticaal doel)
Hoeveel kamers heeft je huis?
Welk doel heeft de kamer?
Slide 15 - Tekstslide
Opdracht 3:
Welke winkels zijn er in de wijk de Schelfhorst?
Wat hebben straten de Havezathe, de Stins en het Binnenhof ermee te maken?