Examentraining Reageren op prikkels

Examentraining 4 VMBO T
Bi/K/11 Reageren op prikkels
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Examentraining 4 VMBO T
Bi/K/11 Reageren op prikkels

Slide 1 - Tekstslide

Hoe noemen we hersenen en ruggenmerg samen?
A
Zenuwstelsel
B
Hersenstelsel
C
Centraal zenuwstelsel
D
autonoom zenuwstelsel

Slide 2 - Quizvraag

Welke drie typen zenuwcellen zijn er?

Slide 3 - Open vraag

Hersenen en ruggenmerg = centraal zenuwstelsel

Slide 4 - Tekstslide

type zenuwcellen

gevoelszenuwcellen

bewegingszenuwcellen

schakelcellen

Slide 5 - Tekstslide

Typen zenuwcellen

Slide 6 - Tekstslide

Prikkels en impulsen

Slide 7 - Tekstslide

Je bent aan het schrijven en ziet dat je ben lekt. Je pakt een nieuwe pen uit je etui. Zet de onderdelen van het zenuwstelsel die bij deze handeling betrokken zijn in de juiste volgorde:
Schakelcel 1 - Grote hersenen - gevoelszenuw - bewegingszenuw - schakelcel 2

Slide 8 - Open vraag

Het ruggenmerg

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Welk nummer geeft de schors aan van het ruggenmerg?
A
1
B
2
C
4
D
6

Slide 11 - Quizvraag


Bewegingszenuwen geleiden impulsen van ...
A
zintuigen naar het ruggenmerg
B
het ruggenmerg naar zintuigen
C
spieren naar het ruggenmerg
D
het ruggenmerg naar spieren

Slide 12 - Quizvraag

Gevoelszenuwen geleiden impulsen van ....
A
zintuigen naar het ruggenmerg
B
het ruggenmerg naar zintuigen
C
spieren naar het ruggenmerg
D
het ruggenmerg naar spieren

Slide 13 - Quizvraag

Hoe zitten je hersenen in elkaar?

Hersenen bestaan uit drie delen:


- grote hersenen

- kleine hersenen

- hersenstam

Slide 14 - Tekstslide

reflexen/reflexboog

Slide 15 - Tekstslide

Hersenen

Slide 16 - Tekstslide

waaruit bestaat het centrale zenuwstelsel?
A
hersenen
B
hersenen en zenuwen
C
hersenen, zenuwen en ruggenmerg
D
hersenen en ruggenmerg

Slide 17 - Quizvraag

Alcohol heeft invloed op:
A
alleen de grote hersenen
B
alleen de kleine hersenen
C
zowel de grote hersenen als de kleine hersenen
D
niet op de grote hersenen en ook niet op de kleine hersenen

Slide 18 - Quizvraag

Welk deel van de hersenen zorgt voor het coördineren van bewegingen?
A
Kleine hersenen
B
Grote hersenen
C
hersenstam
D
hypofyse

Slide 19 - Quizvraag

Waar geleiden gevoelszenuwcellen de impulsen naar toe?
A
Zintuigen
B
Klein hersenen
C
Grote hersenen
D
Spieren

Slide 20 - Quizvraag

Waar wordt de ademhaling geregeld?
A
kleine hersenen
B
grote hersenen
C
hersenstam
D
ruggenmerg

Slide 21 - Quizvraag

5 zintuigen

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Pupilreflex

Slide 27 - Tekstslide

scherp zien
    bolle lens
    voorwerp van dichtbij scherp
    platte lens: 
    voorwerp van veraf scherp

    accommoderen:
    het platter en boller maken van de ooglens


    Slide 28 - Tekstslide

    Slide 29 - Tekstslide

    Onderdelen van het oor 

    Slide 30 - Tekstslide

    Functies van de huid

    Slide 31 - Woordweb

    Slide 32 - Tekstslide

    zintuigen in de huid

    Slide 33 - Tekstslide