6.2 en 6.3

6.1: Arbeid
Kracht die over een afstand wordt uitgeoefend levert arbeid.


W is de arbeid in Nm (newtonmeter)
F is de kracht in N (newton)
s is de afstand in m (meter)

 
W=Fs
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

6.1: Arbeid
Kracht die over een afstand wordt uitgeoefend levert arbeid.


W is de arbeid in Nm (newtonmeter)
F is de kracht in N (newton)
s is de afstand in m (meter)

 
W=Fs

Slide 1 - Tekstslide

Een hond trekt een hondenslee voort met een kracht van 45 N. Bereken de arbeid die hij levert over een afstand van 12 m.

Slide 2 - Open vraag

Voorbeeld




W = F x s
W = 45 N x 12 m = 540Nm

Slide 3 - Tekstslide

6.1 Arbeid

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Wat is energie ?
het kost energie :
om een voorwerp op te tillen
in beweging te brengen
 licht of geluid te maken
iets te verwarmen 
om hoog te springen enz.
Met energie ben je in staat arbeid te verrichten 

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen :
- herkennen welke soorten energie er zijn
- hoe je aan verschillende energiesoorten kunt rekenen

Slide 7 - Tekstslide

Welke soorten energie kan je bedenken?

Slide 8 - Open vraag

6.2 Energiesoorten
Bewegingsenergie
warmte
chemische energie

Slide 9 - Tekstslide

6.2 Energiesoorten
Zwaarte-energie
elektrische energie
stralingsenergie

Slide 10 - Tekstslide

Chemische energie

Slide 11 - Tekstslide

Bewegingsenergie

Slide 12 - Tekstslide

Zwaarte-energie

Slide 13 - Tekstslide

Warmte
Bij bijna elke energieomzetting komt warmte vrij.

Warmte heeft symbool Q en eenheid joule (J)

Slide 14 - Tekstslide

Op welke energiesoort werkt een automotor?
A
chemische energie
B
bewegingsenergie
C
warmte
D
elektrische energie

Slide 15 - Quizvraag

In welke energiesoorten wordt brandstof in een automotor omgezet?
A
bewegingsenergie
B
warmte
C
zwaarte-energie
D
stralingsenergie

Slide 16 - Quizvraag

6.3 Behoud van energie

Slide 17 - Tekstslide

Energie-stroom diagram
Er geldt ALTIJD:
energie voor = energie na

Slide 18 - Tekstslide

Arbeid en energie

Slide 19 - Tekstslide

Zelf aan de slag
Opdracht 1, 3, 5, 7
Opdr.
13, 15, 17, 20
Opdr.
30, 31,
33

Slide 20 - Tekstslide