Nederlands B2 P3 les 13 versie 2023

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Programma

• Spellingtoets
• Quiz over een paar veelgemaakte schrijffouten

Doelen

• Je checkt welke onderdelen van de spelling je voldoende beheerst.
• Je weet met welke onderdelen je nog moet oefenen (voor Schrijven én Rapporteren!)
• Je herkent een paar veelgemaakte fouten, zodat jij die op de examens niet maakt!

Spellingtoets (onderaan in P3)

Na inloggen telefoons weg!!!!

De toets bestaat uit 2 delen:

• een toets over werkwoordspelling (open vragen).
• een toets over andere spellingsonderwerpen (meerkeuzevragen).

Snel klaar? Dan mag je zachtjes voor jezelf werken.

• (bijv. nog een extra schrijfopdracht uit P3 maken)

Waarom heb je leestekens nodig?

Lees de tekst

Schrijf op de volgende dia de titel op de juiste manier.

Schrijf de titel met
leestekens erin.

Waar horen volgens jou de leestekens te staan?

'Ik heb gisteren bloemen aan ....... moeder gegeven.'

1. mijn
2. me
3. 'Mijn' en 'me' zijn allebei goed.

'Me' betekent nooit 'mijn'!

 'Me moeder' is                                                 

                                               

Goed  is: 'mijn moeder'.                                  

Ze ....... me altijd met de auto brengen als het nodig is.

1. wilt
2. wil
3. will

Ik zou graag weer elke dag .......... school gaan.

1. na
2. naar
3. erna
4. naartoe

Na/naar

Na gaat over tijd of plaats.

Naar gaat over een richting.

Deze brief schrijf ik ............................ de banenmarkt op het Veiligheidscollege.

1. na aanleiding van
2. naar aanleiding van

Zij is ouder ..........

1. als ik
2. als mij
3. dan ik
4. dan mij

Een meisje ........ bij mij in de buurt woont, gaat naar dezelfde school.

1. dat
2. die
3. welke

Het is:

Het meisje dat ....

De jongen die ....

Het kind dat ....

De school die ....

Ik sta .................. meestal om zeven uur op.

1. 's morgens
2. s' morgens
3. s'morgens

................... ga ik fietsen.

1. s' middags
2. 'S middags
3. S' middags
4. 's Middags

Ik ben gek op mijn ooms, want .......... helpen me altijd.

1. hun
2. zij
3. ze

Had je veel fouten?

Bestudeer dan de top 10 van veelgemaakte fouten die in deze les van itslearning staan.