2HV H1 les 5 le passé composé

Bonjour!
H1 les 5     un. deux, splash!          
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Bonjour!
H1 les 5     un. deux, splash!          

Slide 1 - Tekstslide

prends ton agenda!
Pour jeudi 30/9

leren: le passé composé p. 32/33
faire: ex 16e, 17acd

so H1 : mercredi 13/10  voc ABE /zinnen AB/ bron D


Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je nog van la météo? 

Slide 3 - Tekstslide

Objectif leçon
  • je  kan je uitdrukken in de verledentijd

Slide 4 - Tekstslide

welke tijd is dit? 

Ik heb een leuke Franse jongen ontmoet
Ik heb met hem Frans gesproken
Wij hebben onze telefoonnummers uitgewisseld.

Slide 5 - Tekstslide

Il a fait beau?
Tu as passé de bonnes vacances?
Tu as été où? 

Slide 6 - Tekstslide

 le passé composé = v.t.t    
Tot nu toe, heb je 2 tijden geleerd:
1. le présent (t.t. ) : je raconte une histoire
2. le futur proche (toek. tijd- nabij) : je vais raconter une histoire

Om over een actie in het verleden te praten: 
gebruik je de passé composé (v.t.t).  : j'ai raconté une histoire

Slide 7 - Tekstslide

Hoe vorm ik de passé composé?
Hulpwerkwoord avoir + voltooid deelwoord

j'ai parlé chinois
ik heb chinees gesproken


Slide 8 - Tekstslide

hulpww avoir + v.d.w
+
j'ai
tu as
il, elle, on a
nous avons
vous avez
ils,elles ont
parlé
écouté
rencontré
joué
donné

Slide 9 - Tekstslide

Hoe vorm ik het voltooid deelwoord?
1. -er bij infinitief eruithalen
2. é   in de plaats
jouer      =>  joué
parler    =>  parlé
donner  => donné

kan je andere v.d.w.  maken?


Slide 10 - Tekstslide

Onregelmatige voltooid deelwoorden
faire  (doen/maken): fait        j'ai fait = ik heb gedaan
être  (zijn)                     : été        j'ai été = ik ben geweest *
avoir                                : eu         j'ai eu  = ik heb gehad



* let op : in het Frans zeg je:  ik heb geweest 

Slide 11 - Tekstslide

faire

j'ai fait
tu as fait
il/elle/on a fait
nous avons fait
vous avez fait
ils/elles ont fait


être

j'ai été
tu as été
il/elle/on a été
nous avons été
vous avez été
ils/elles ont été
avoir

j'ai eu
tu as eu
il/elle/on a eu
nous avons eu
vous avez eu
ils/elles ont eu

Slide 12 - Tekstslide

Présent
P.C
je mange un biscuit
j'ai 
mangé un biscuit
tu manges un biscuit
tu as 
mangé un biscuit
il/elle/on mange un b.
il/elle/on a
mangé un biscuit
nous mangeons un b.
nous avons
mangé un biscuit
vous mangez un biscuit
vous avez
mangé un biscuit
ils/elles mangent un biscuit
ils/elles ont
mangé un biscuit

Slide 13 - Tekstslide

welke zin is volgens je in de passé composé?
A
je parle anglais
B
j'aime les gâteaux
C
j'ai rencontré Iris
D
je donne le stylo

Slide 14 - Quizvraag

Schrijf de zin in de passé composé:
je donne mon stylo à mon copain

Slide 15 - Open vraag

Wat is correct?
j'ai...............mes devoirs
A
fairé
B
fait
C
faité

Slide 16 - Quizvraag

exercices p. 32
Faire: ex  16a
             ex 16bc
             ex16e
           
  

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Tekstslide

Objectifs
Qu'est-ce que tu as appris aujourd'hui?
Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 20 - Tekstslide