5.1 planten bekijken

1 / 28
volgende
Slide 1: Video
BiologieMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Deze slide heeft geen instructies

5.1 planten bekijken
Je leert uit welke delen een plant en een plantencel bestaan, waardoor planten rechtop blijven staan, hoe vervoer van water gaat en waarom bomen hun blad verliezen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorkennis
Belangrijk voordat we aan planten beginnen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cellen
  • Cellen zijn kleine bouwstenen van organismen.

  • Alles wat leeft bestaat uit cellen.

  • Er zijn veel verschillende cellen.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Organen
Weefsel
Orgaanstelsel
Organisme
Cellen

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Onderdelen blad
Onderdelen plant

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In het blad zie je in het midden de hoofdnerf, daaraan vast zitten de zijnerven en verspreid in het bladmoes lopen de fijne nerven.

Detail van een blad

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plantencellen
Plant bestaat uit plantencellen.

Verschillende soorten cellen 
vormen samen een weefsel. Bijv.
het opperhuidweefsel.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten cellen in een blad
Opperhuidcellen: bescherming
Cellen met bladgroen: maken voedsel voor de plant
nerf: transport van stoffen.
Huidmondje: laat stoffen het blad in en uit.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plantencellen leven!
Onderdelen van een plantencel
Wat is de functie?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

functie celonderdelen
celwand: stevige laag om de cel
celmembraan: vliesje dat stoffen door kan laten.
cytoplasma: stroperige vloeistof.
bladgroenkorrel: maakt voedsel voor de plant.
vacuole: gevuld met water en houdt cel in vorm.
celkern: regelt alles in de cel.


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de juiste functie bij het goede onderdeel van een plantencel
Bladgroenkorrel
Celwand
Celkern
Stevige laag om de plantencel 
Regelt de processen in de cel
Geven de plant zijn groene kleur

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Korrels
Bladgroenkorrels: groen, voor fotosynthese (plant maakt glucose)
Kleurstofkorrels: geven bloemen en vruchten hun kleur
Zetmeelkorrels: zijn kleurloos, is voor de opslag van zetmeel
zetmeel is een reservestof

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als een tomaat rijpt gebeurt er iets met de kleur, hij gaat namelijk van een groene naar een rode kleur.
Een type plastide verandert in een andere type plastide.

Welk plastide was er eerst, en in welke plastide veranderd hij?
A
Van zetmeelkorrel naar kleurstofkorrel
B
Van kleurstofkorrel naar bladgroenkorrel
C
Van bladgroenkorrel naar kleurstofkorrel
D
Van bladgroenkorrel naar zetmeelkorrel

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag (deel 1)
Maak de opdrachten van 5.1 tot en met opdracht 12.
Eerst 5 minuten zs, daarna zf.
Je mag je oortjes in doen. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe blijven planten rechtop?
Bron 7.                   Kan je zelf uitleggen wat je hier ziet?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe blijven planten rechtop?
  • Planten die stevig zijn door houtcellen, noem je houdachtige planten.
  • Planten die water nodig hebben voor stevigheid noem je kruidachtige planten. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

kruidachtige planten zijn stevig door...
A
dat ze veel water opnemen
B
het houtstof
C
hun geneeskrachtige werking
D
hun skelet

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Is dit een houtachtige of kruidachtige plant?
A
Houtachtige
B
Kruidachtige

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Houtvaten en Bastvaten

Slide 21 - Tekstslide

Houtvaten: boven elkaar gelegen houtcellen, dwarswanden tussen cellen verdwijnen wanneer ze gevormd worden. De cellen zelf verdwijnen ook, houtvaten bestaan dus niet uit levende cellen. 

Bastvaten: Boven elkaar gelegen bastvatcellen. De dwarswanden tussen de cellen verdwijnt niet, maar er komen gaten in, deze dwarswanden met gaten noemen we zeefplaten. De cellen verliezen hun kern, en leven daardoor maar kort. Dode bastvaten worden dichtgedrukt. 
Houtvaten en bastvaten?


Wat moet er omhoog?
Wat moet er naar beneden?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Transport van stoffen (houtvaten en bastvaten)
Houtvaten 
  • voor water en mineralen
  • van de wortel omhoog
Bastvaten
  •  voor voedingsstoffen
  • vanuit de bladeren naar de rest van de plant

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In welk deel van de plant komen houtvaten en bastvaten voor?
A
wortels
B
stengel
C
bladeren
D
wortel, stengel, bladeren

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je hebt 2 soorten vaten in planten. Houtvaten en bastvaten.
Wat vervoeren bastvaten?
A
vervoeren water
B
Vervoeren voeding

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zuigkracht van de bladeren zorgt ervoor dat water uit de grond helemaal tot boven in de plant kan komen. Dit komt omdat water de huidmondjes uit verdampt.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom verliezen bomen hun blad?
Verdamping vindt plaats via bladeren.
Wortels werken niet goed bij kou.

Scheurlaag = laagje tussen boom en bladsteel, waardoor er in de herfst minder water en mineralen bij de bladeren komen.

Kurklaag = laagje op de plaats waar het blad is afgevallen (tegen waterverlies en ziekteverwekkers).

Bladlittekens = Plaats waar het blad heeft vastgezeten aan de tak.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag (deel 2)
Maak de opdrachten van 5.1 af. 
Eerst 5 minuten zs, daarna zf. 
Je mag je oortjes in. 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies