ROMANTISME REALISME 22/23

Qu' est-ce qu' on va faire aujourd'hui

  • Vorige week begonnen met 'le Romantisme' deel 1
  • Vandaag Romantisme deel 2 ( een opdracht bij LAMARTINE ) en le réalisme
  • De kenmerken van de stromingen zie je terug in het werk van de schrijvers.
  • Je vergroot je leesvaardigheid door de gedichten en  extraits te bestuderen
  • Je bouwt aan je woordenschat
  •  Je leert je verplaatsen in de tijd, de schrijver of het personnage
  • waardoor je ook weer bouwt aan begrip voor een ander. 
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Qu' est-ce qu' on va faire aujourd'hui

  • Vorige week begonnen met 'le Romantisme' deel 1
  • Vandaag Romantisme deel 2 ( een opdracht bij LAMARTINE ) en le réalisme
  • De kenmerken van de stromingen zie je terug in het werk van de schrijvers.
  • Je vergroot je leesvaardigheid door de gedichten en  extraits te bestuderen
  • Je bouwt aan je woordenschat
  •  Je leert je verplaatsen in de tijd, de schrijver of het personnage
  • waardoor je ook weer bouwt aan begrip voor een ander. 

Slide 1 - Tekstslide

le romantisme II

Slide 2 - Tekstslide

le romantisme  I 
  • ontstaat omstreeks 1750 in Duitsland en Engeland maar in Frankrijk heerst er veel onrust en chaos door revolutionnaire periode met in 1789 begin FR en 1799 de staatsgreep van Napoleon.
  • Het gevoel van onvrede bij burgers in de 19e eeuw door het harde bewind van Napoleon en de negatieve gevolgen van de industriele revolutie noemen we LE MAL DU SIÈCLE
  • Mme de Staël : 'de L'ALLEMAGNE' zorgt voor verspreiding romantische erfgoed uit Duitsland nr Frankrijk.
  • in de literatuur staat het individu met zijn persoonlijke gevoelens centraal: le culte du moi
  • voor de romantische schrijver is de natuur een grote inspiratiebron  maar ook geloof en liefde.
  • Romantische schrijvers hebben een grote voorkeur voor lyrische poezie omdat dit genre zich goed leent voor het uitdrukken van gevoelens.
  • In de romantische werken worden vaak metaforen uit de natuur gebruikt (bv in : Le lac)

Slide 3 - Tekstslide

1. Alphonse de Lamartine (1790-1869)
Lamartine wordt algemeen aangezien als de vader van de Franse Romantiek. Hij zette de eerste stappen tot de volledige bloei van de Romantiek in Frankrijk.
De Romantiek heeft veel beroemde schrijvers voortgebracht. In de poëzie worden vooral schrijvers als Lamartine, Hugo en Musset bekend. Ze gebruiken de dichtkunst om uitdrukking te geven aan hun gevoelens, hun hoop en teleurstelling, hun religieuze gedrevenheid en hun eenzaamheid. De dichters beschouwen zich als zieners, leiders van de massa. Zij zien als hun taak om de mensheid te leiden en voor te gaan omdat zij als dichter en ziener inzicht hebben in de “eeuwige waarheid”.
In de poëzie is de auteur vaak zelf aanwezig.

Slide 4 - Tekstslide

Alphonse de Lamartine is niet alleen een beroemd dichter, het scheelde niet veel, of hij was in 1848 president geworden van Frankrijk!
In 1820 publiceert Lamartine zijn eerste dichtbundel, Les Méditations. Op slag is hij beroemd. Dit werk wordt gezien als het begin van de romantiek omdat het volmaakt alles aangeeft wat kenmerkend is voor deze periode.

De lyrische dichtkunst wordt hiermee uitdrukkingsvorm van het persoonlijke gevoelsleven van de dichter, die zich laat inspireren door alles wat de natuur in hem oproept. De dichter vindt zijn troost in de eenwording met de natuur...een thema dat we bij alle dichters uit de romantiek terugvinden...


Slide 5 - Tekstslide

Le lac
Lamartine heeft aan het Lac du Bourget een korte, maar hevige romance beleefd met Julie Charles. Zij beloven elkaar het volgend jaar op dezelfde plek weer te ontmoeten. Maar het zal anders lopen...De wanhopige dichter zit alleen aan het meer. Julie lijdt in ernstige mate aan tbc en zal weldra sterven. Ze is te ziek om te komen naar hun afspraak... Lamartine laat zijn gevoelens de vrije loop.
Le Lac is het gedicht bij uitstek waarin de mens uitdrukking geeft aan
1) zijn angst voor het verglijden van de tijd
2) het verlangen naar geluk
3) de tijdelijkheid van het menselijk geluk en
4) de hunkering naar eeuwige waarden
Met dit gedicht werd Lamartine op slag beroemd. De gevoelens van de dichter spatten van het gedicht...


Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Vergelijk de Franse tekst met de vertaling wat betreft het rijmschema en het metrum. Is het gedicht door Paul Claes vrij vertaald of blijft hij dicht bij de originele tekst? Motiveer je antwoord op de volgende slide

Slide 8 - Tekstslide

1. Vergelijk de Franse tekst met de vertaling wat betreft het rijmschema en het metrum. Is het gedicht door Paul Claes vrij vertaald of blijft hij dicht bij de originele tekst? Motiveer je antwoord.

Slide 9 - Open vraag

Strofe 2
Strofe 1
Strofe 3
Strofe 4
verzoek aan de tijd om stil de staan
helaas glijdt de tijd weg
Verzoek aan de geliefde om van het moment te genieten
Verzoek aan de natuur om de herinnering te bewaren

Slide 10 - Sleepvraag

4. Noteer de twee woorden in de tweede strofe die duidelijk maken dat het verzoek uit de eerste strofe niet wordt ingewilligd. Noteer ook de Nederlandse vertaling in je schrift.

Slide 11 - Open vraag

5. Welk bekende motto uit de renaissance herken je in strofe 3

Slide 12 - Open vraag

6. Belangrijke thema’s in dit gedicht zijn het verglijden van de tijd en de kortstondigheid van het bestaan. Hoe doet Lamartine dat?

Slide 13 - Open vraag

7. Noteer drie woorden uit de eerste strofe die met geluk te maken hebben.

Slide 14 - Open vraag

8. De romantische liefde is meestal onmogelijk of tragisch. Laat dit zien aan de hand van de tweede en de derde strofe en de informatie uit de inleiding.

Slide 15 - Open vraag

Victor Hugo  1802-1885
Hugo was een Frans schrijver, dichter, essayist en staatsman en wordt beschouwd als een van de belangrijkste en invloedrijkste Franse romantische schrijvers van de 19e eeuw. Hij schreef romans, gedichten, toneelstukken, essays en politieke toespraken en liet ook een uitgebreide briefwisseling na.
Victor Hugo is een kind van een atheïstische republikein en een katholiek royalistische moeder.
Ouders scheiden in 1813 en Hugo leeft bij zijn moeder. 

In zijn vroege werk schrijft hij veel over geloof en monarchie.  
Toen hij 14 was schreef hij : "Je veux être Chateaubriand ou rien". Later wordt hij erg kritisch over de monarchie die toch niet zoveel is veranderd en is hij een aanhanger van de julirevolutie in 1830.



Slide 16 - Tekstslide

In 1827 nam hij deel aan de literaire liberale groep ‘Le Cénacle’, de wieg van de romantiek.

Veel censuur in het werk van VH; in le roi s’amuse drijft hij openlijk de spot met de adel. 

Hij is ‘chef de la nouvelle littérature’.

1830 : Victor Hugo heeft een jong gezin en weinig geld. Zijn uitgever vraagt hem een boek ‘ à la Walter Scott’ te schrijven.

Walter Scott is een succesvolle Engels schrijver, zijn romans (roman historique) gaan als zoete broodjes over de toonbank. Victor Hugo besluit een roman te gaan schrijven om geld te verdienen. Hij zondert zich af om te gaan schrijven maar hij kan zich maar moeilijk toeleggen op enkel een verhaal in een politiek zo beladen periode - geëngageerd schrijver als hij is- . VH leent meer dan 100 boeken van de bibliothèque royale, 
 om zich in te lezen in de middeleeuwen. Ondertussen is de revolutie bezig, maar Victor Hugo moet schrijven. Hij vraagt zijn vrouw hem op te sluiten met een grote fles inkt. En zijn boek zou oorspronkelijk heten : ce qu’il y a dans une bouteille d’encre. 
Tijdens de revolutie verandert hij het hele plot van zijn boek en geeft het een politieke dimensie die er in het begin helemaal niet in zat. 
=> De revolutie die speelde was het einde  van ‘LE DROIT DIVIN’van de koning. De koning is niet meer koning van Frankrijk maar koning van de Fransen. (Louis Philippe). Het concept van macht verandert helemaal. In zijn roman gaat VH terug naar het begin van de periode die op dat moment eindigt : in de Middeleeuwen kwam Louis XI aan de macht en hij krijgt ook een rol in zijn verhaal. Zo is Notre Dame de Paris niet alleen een historische (romantische) roman, maar ook een roman over het begin van een tijdperk dat afloopt. In de roman zitten ludieke verwijzingen naar de moderne (xix) tijd.

Slide 17 - Tekstslide

ensuite......
In de jaren 40 klom VH op tot de hoogste rangen van de literaire (Académie Française) en politieke wereld. 

 VH steunde in eerste instantie Napoleon III maar noemde hem later - toen hij keizer werd- een verrader. Hugo ging in ballingschap op Guernsey. Nadat amnestie verleend was aan allen in ballingschap bleef Hugo toch weg uit Frankrijk en werd hij gezien als ultieme balling.

Pas bij de derde Franse republiek in 1870 keerde Hugo terug naar Frankrijk. Hij overleed op 83-jarige leeftijd, er werd nationale rouw afgekondigd en zijn kist stond enkele dagen onder de Arc de Triomphe. Hij is in het Panthéon bijgezet.
Hij heeft heel veel geschreven, zag als dichter zijn rol om het volk te leiden naar de toekomst, de kunst is ter ondersteuning en te gebruiken ‘au service de l’humanité’. Zijn romans zijn (geschiedenis)studies vol met vraagstukken en problemen uit zijn tijd. Victor Hugo wordt in de loop der jaren ook een realist.
Waar VH de taak als schrijver ziet als ‘voorganger’voor de mensheid, ziet Alfred de Musset de dichter alleen als dichter met een diepe persoonlijke inspiratie en eeuwige romantiek.



Slide 18 - Tekstslide

Lecture dirigée : Notre Dame de Paris

Zie lessonup LECTURE DIRIGÉE
programme : 
chapitre 1 : le Pape des fous    17/10
chapitre 2 :  Le poète et la bohémienne     31/10
chapitre 3 : Quelle justice pour Quasimodo?    14/ 11
chapitre 4 : Des Amours et des secrets   21/ 11
chapitre 5 : Un Rendez-vous Tragique  28/ 11
chapitre 6 : Trois façons d'aimer  5/12
chapitre 7 : Sur les toits de la cathédrale   12/ 12
chapitre 8 : L'Assaut à la cathédtrale   19/12
chapitre 0 : La mère et la fille      19/12

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

  • 2e helft 19e eeuw -->Als reactie op le romantisme -->le  réalisme + le naturalisme
  • je moet de werkelijkheid beheersen ipv ontvluchten. Pas dan is er verbetering mogelijk.
  • zowel in literatuur als in de schilderkunst.
  • Le naturalisme heeft een wetenschappelijke insteek--> beschrijft ook het leven en de problemen van de laagste sociale klassen.
  • 19e eeuw is een eeuw vol onrust. verschillende revoluties vinden plaats
  • dankzij industriële revolutie groeit de welvaart. Vooral middenklasse en hogere burgerij profiteren.

Slide 21 - Tekstslide

bekende schrijvers
Honoré de Balzac: (la comédie humaine, 90 romans)
Gustave Flaubert : Madame Bovary. hij documenteerde alles als wetenschapper. Het schrijven was voor hem een lastig proces vanwege zijn perfectionisme.
Stendhal : pseudoniem voor Henri Beyle en bekend om ‘ beylisme’ : le culte du moi
Guy de Maupassant : les réalistes de talent devraient s’appeler des illusionnistes (faire vrai c’est donner l’illusion du vrai)
Emile Zola: schreef met name over de arme arbeidersklassen.  Les Rougon - Macquart : l’homme est le produit de son milieu et des circonstances de sa vie. ZIjn werk vertelt het verhaal over de familie Rougon Macquart, de ondergang van de familie door ‘genetica ‘ : je ontkomt niet aan je genen, je lot zit in de genen.

--> L'assomoir/ Germinal= een van bekendste werken. HIj beschrijft hierin het leven in de Franse mijnen zeer nauwkeurig. Hij is hiervoor ook zelf in de mijnen gaan werken. Kijk de bande annonce van de film Germinal hier Je krijgt een goed beeld van het zware leven in die tijd.

Slide 22 - Tekstslide

Honoré de Balzac (1799-1850)
  • bevond zich tussen le romantisme <-->le réalisme
  • schreef 'la Comédie Humaine' (90 romans) : een minimaatschappij beschrijven
  • Project : LA COMÉDIE HUMAINE : scènes de la vie privée/province/parisienne/politique / militaire
  • het thema 'hebben  versus zijn 'speelt een grote rol in zijn werk
  • geld speelt allesoverheersende rol
  • mooie gevoelens als liefde en vriendschap worden tenietgedaan door geldproblemen
  • de meeste personages in zijn boeken zijn bereid alles te doen voor geld
  • nobele zielen die weerstand bieden, verliezen de strijd
  • in 'le père Goriot' gaat de vader van 2 dochters ten onder aan de liefde voor zijn dochters. 
  • dit boek verscheen eerst als feuilleton in de krant (als kort verhaal)
  • Balzac was een broodschrijver.  Voor hem was het : Ecrire ou mourir de faim
  • Hij creëert een literair universum waarin observatie en fictie centraal staan.
  • Ondanks de beschrijvingen en observaties hoort het werk evenwel thuis in de romantiek want alle personages worden gedomineerd door hun passies.

Slide 23 - Tekstslide

Voila un fragment du livre. Bespreek in tweetallen de antwoorden en vul daarna de slides in (voor eigen naslag)

lis le fragment et réponds aux questions suivantes : 
1.Hoe komt het dat Goriot zijn dochters in het geheim moet zien?(r3)
2. Wat doet hij om zijn dochters te zien?(r5-15)
3. Wat hoort hij zeggen als zijn dochters voorbijkomen? Wat vindt hij ervan ( r11-12)? 
4. Goriot benadrukt in het fragment hoe gelukkig hij is.
Hij zegt: 'chacun a sa façon d'aimer'(r14) ben je het met hem eens? leg uit waarom wel/niet
5.Lis fragment 2:
Goriot zegt: 'je le savais' (r16)
wat wist hij?
6. 'l'argent donne tout, même des filles'
de laatste zin van dit fragment drukt het hoofdthema uit van het werk van Balzac. Wat is het thema en leg het verband uit met deze laatste zin.

Slide 24 - Tekstslide

Hoe komt het dat Goriot zijn dochters in het geheim moet zien?(r3)

Slide 25 - Open vraag

Wat doet hij om zijn dochters te zien?(r5-15)

Slide 26 - Open vraag

Wat hoort hij zeggen als zijn dochters voorbijkomen? Wat is zijn reactie hierop? ( r11-12)

Slide 27 - Open vraag

Goriot benadrukt in het fragment hoe gelukkig hij is.Hij zegt: 'chacun a sa façon d'aimer'(r14) ben je het met hem eens? leg uit waarom wel/niet

Slide 28 - Open vraag

Lis fragment 2:
Goriot zegt: 'je le savais' (r16)
wat wist hij?
A
dat zijn dochters geld nodig hadden
B
dat zijn dochters van hem hielden
C
dat zijn dochters hem alleen lieten nu zijn geld op was.
D
dat zijn dochters gelukkig waren

Slide 29 - Quizvraag

'l'argent donne tout, même des filles'
de laatste zin van dit fragment drukt het hoofdthema uit van het werk van Balzac. Wat is het thema en leg het verband uit met deze laatste zin.

Slide 30 - Open vraag

Eerder is al gezegd dat het verhaal eerst als feuilleton verscheen in de krant.
welke sociale klasse had in die tijd (rond 1820) interesse in het verhaal?
A
de kleine burgerij (de middenklasse)
B
de arbeiders (de onderklasse)
C
de geestelijken

Slide 31 - Quizvraag

Heeft het personage 'le père Goriot'volgens jou kenmerken van de romantiek? en van het realisme? zo ja, welke?

Slide 32 - Open vraag

Guy de Maupassant : La Parure

Mathilde zou zo graag rijk zijn maar dat is ze niet. Ze is van bescheiden komaf en ook haar man verdient niet zoveel. De man van Mathilde neemt haar mee naar een mooi feest. Mathilde koopt een mooie jurk maar is niet tevreden  met haar outfit. Ze leent een mooie ketting met diamanten van een vriendin. Helaas verliest ze de ketting en koopt ze een andere voor haar vriendin. Hierdoor zit ze jarenlang in de schulden, ze komt er nooit meer bovenop. 

Regarde le fragment du film 'La parure' à la page suivante et réponds aux questions:

1. Mathilde loopt in het jardin du Luxembourg. Wie komt ze tegen?
2. Wat vertelt ze tegen die persoon?
3. Wat antwoordt de persoon?
4. Vind je dat de gezichtsuitdrukking van Mathilde klopt met wat ze te horen krijgt?
5. Wat drukt haar gezicht uit? 

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video


1. Mathilde loopt in het jardin du Luxembourg. Wie komt ze tegen?
2. Wat vertelt ze tegen die persoon?
3. Wat antwoordt de persoon?
4. Vind je dat de gezichtsuitdrukking van Mathilde klopt met wat ze te horen krijgt?
5. Wat drukt haar gezicht uit?

Slide 35 - Open vraag

la parure valt onder naturalisme. wat zijn de kenmerken hiervan?

Slide 36 - Woordweb

Mathilde komt thuis van haar wandeling. Ze vertelt haar man wat er is gebeurd. Doe alsof je Mathilde bent en vertel in het Frans wat je hebt meegemaakt. Gebruik de passé composé.

Slide 37 - Open vraag

Charles Baudelaire 1821-1867 
  •  eerste moderne dichter. Hij is één van de belangrijkste dichters van de XIX-e eeuw, een eerste decadent, symbolist en een inspiratie voor de surréalisten.
  • Baudelaire heeft geen fijne jeugd, zijn vader sterft als hij vijf jaar oud is en zijn moeder (een wees die veel armoede heeft gekend in haar jeugd) hertrouwt met Generaal Aupick (en komt zo in een soort krijgsadel terecht).Vanaf zijn tiende gaat Charles zijn stiefvader haten. Charles wil letteren gaan studeren, Aupick wil dat hij het leger in gaat, een compromis wordt een rechtenstudie in Parijs. Hij leidt een losbandig leven in Parijs en hij legt ook zijn literaire contacten. Aupick stuurt Charles op reis (op een boot naar Indië) zodat Charles niet meer blootgesteld wordt aan de verderfelijke invloed van Parijs. 
  • Deze reis verandert het leven van de gevoelige sombere student.
  • Zijn gedichtenbundel ‘les Fleurs du Mal’ (1857) werd gecensureerd en Baudelaire werd vervolgd wegens schending van de zeden. 6 gedichten mochten niet meer gepubliceerd worden. Pas in 1949 (!) wordt dit verbod opgeheven.
  • Charles werkt ondertussen verder aan vertalingen van Edgar Allan Poe, bedenkt een nieuwe dichtvorm; het prozagedicht (1857-64) en schrijft zijn ervaringen met hash op in ‘Les paradis artificiels’.
In het werk van Baudelaire is de schrijver ook een ‘visionnaire’ maar de hij ziet de lezer ook als ‘ hypocrite lecteur, mon semblable, mon frère’.
Hij beschrijft de schoonheid van de liefde en erotiek maar ook de lelijkheid en het kwaad.
Baudelaire hield van de zelfkant van de maatschappij. HIj wordt gezien als eerste ‘moderne’dichter en vindt schoonheid in het moderne (stads)leven. Zijn werk PEINTRE DE LA VIE MODERNE getuigt hiervan.
Het werk van Baudelaire wordt modern, symbolistisch en zelfs (pre)surrealistisch genoemd.


Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

le symbolisme
De kunstenaar probeert het ‘onzegbare’ uit te drukken middels eigen symboliek en metaforen uit de zichtbare wereld.
Symbolisten vinden het moeilijk te leven in een alledaagse werkelijkheid en worden vaak ‘poètes maudits’ genoemd (vervloekte dichters). Charles Baudelaire (zie slides uit XIX) wordt gezien als één van de eerste symbolisten vanwege zijn excentrieke rebelse natuur ; drugs, hoeren en de zelfkant van de maatschappij. Verboden gedichten en scherpe thema’s.

Paul Verlaine (1844-1896) en Arthur Rimbaud (1854-1891) (een stelletje) zijn vertegenwoordigers van het Symbolisme in Frankrijk. Paul Verlaine verlaat zijn rechtenstudie voor literatuur en zijn vrouw voor Arthur.
Hij komt in de gevangenis omdat hij Arthur heeft beschoten in een beschonken bui. Rimbaud schrijft na 1864 geen gedicht meer en Verlaine lijdt een tragisch leven en sterft arm en eenzaam.

Slide 40 - Tekstslide