08 - hv1 - Ch2 - F (lire) 'les amoureux du shopping!'

bonjour - comment ça va?
avez-vous:
-> vos livres?
-> vos cahiers?
-> vos trousses / stylos?
aujourd'hui on est le jeudi sept décembre deux mille vingt-trois
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

bonjour - comment ça va?
avez-vous:
-> vos livres?
-> vos cahiers?
-> vos trousses / stylos?
aujourd'hui on est le jeudi sept décembre deux mille vingt-trois

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

devoirs
Faire (maken)
Ch2 -> bron F -> exercices 23, 24abcd, 25c, 27a,c (p 80 -> 84)
Apprendre (leren)
vocabulaire F (page 93)
Revoir (herhalen)
vocabulaire ABE + phrases-clés C + grammaire D

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

qu'est-ce qu'on va faire?
  • rétrospection -> regarder + 0->100
  • apprendre le vocabulaire F
  • E lire  -> qu'est-ce que tu as dans ton sac?

Slide 3 - Tekstslide

prends ton livre à la page 80
vocabulaire F - page quatre-ving-treize - 20 mots
combien (= hoeveel) de mots masculins?
combien de mots féminins?
combien de verbes?
combien de chunks?
combien d'adjectifs (bijvoeglijk naamwoorden)
combien de nombres?
welke 2 blijven over?
timer
3:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vocabulaire F - apprends le vocabulaire F - 20 mots
combien (= hoeveel) de mots masculins?
combien de mots féminins?
combien de verbes?
combien de chunks?
combien d'adjectifs (bijvoeglijk naamwoorden)
combien de nombres?
welke 2 blijven over?
timer
10:00

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Buts? page quatre-vingt
Aan het eind van deze paragraaf
  • kun je een tijdschriftartikel over winkelen lezen
  • weet je hoe je het onderwerp van een tekst kunt bepalen
  • ken je woorden die te maken hebben met winkelen
  • ken je de getallen tot en met 100

Slide 6 - Tekstslide

prends ton livre à la page 80
exercice vingt-trois, page quatre-vingt
le pain
l'olive
le sandwich
le croissant
le film
la baguette
les chips
la viande
le fromage
le jambon
le lait
le poulet
la crème
le légume
le sirop
l'aspirine
le copain
le fromage
le chocolat
le poisson
la copine
la crêpe
le saumon
le jeu vidéo
À la boulangerie
À la pharmacie
À la poisonnerie
À la boucherie

Slide 7 - Tekstslide

prends ton livre à la page 80
exercice vingt-trois, page quatre-vingt
le pain
l'olive
le sandwich
le croissant
le film
la baguette
les chips
la viande
le fromage
le jambon
le lait
le poulet
la crème
le légume
le sirop
l'aspirine
le copain
le fromage
le chocolat
le poisson
la copine
la crêpe
le saumon
le jeu vidéo
À la boulangerie
À la pharmacie
À la poisonnerie
À la boucherie

Slide 8 - Tekstslide

prends ton livre à la page 80
exercice 24b page 81




kortom, kijk dus naar
1. titel | 2. plaatjes | 3. inleiding | 4. kopjes | 5. soort tekst
en naar de vertaalde woorden

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

pages 81&82 exercice 24c
lis le texte globalement
combine le produit avec la bonne personne
Sylvie
Mathis
Chloé
Dylan
des baskets
des macarons
une pizza margherita
un nouveau smartphone
timer
3:00

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

pages 81&82 exercice 24c
lis le texte globalement
combine le produit avec la bonne personne
Sylvie
Mathis
Chloé
Dylan
des baskets
des macarons
une pizza margherita
un nouveau smartphone
timer
3:00

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

pages 81&82 exercice 24d
lis le texte en entier
écris le bon nom

--------> onderstreep jouw bewijs in de tekst <--------
timer
5:00

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

page quatre-vingt-quatre, exercice 27b

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

devoirs
Faire (maken)
Ch2 -> bron F -> exercices 23, 24abcd, 25c, 27a,c (p 80 -> 84)
Apprendre (leren)
vocabulaire F (page 93)
Revoir (herhalen)
vocabulaire ABE + phrases-clés C + grammaire D

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Buts?
  • kun je een tijdschriftartikel over winkelen lezen?
  • weet je hoe je het onderwerp van een tekst kunt bepalen?
  • ken je woorden die te maken hebben met winkelen?
  • ken je de getallen tot en met 100?

Slide 15 - Tekstslide

prends ton livre à la page 80