2B2 - chapitre 6 bron F

Bonjour!
Quelle est la date d'aujourd'hui ?


  • C'est le dix-huit mai deux-mille-vingt-deux


1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bonjour!
Quelle est la date d'aujourd'hui ?


  • C'est le dix-huit mai deux-mille-vingt-deux


Slide 1 - Tekstslide

Focusleren !
wat:     vocabulaire F




Tijd:     5 minuten
timer
5:00
Vocabulaire F

Slide 2 - Tekstslide

Les buts
Je kunt: 
  • Een korte, eenvoudige leestekst begrijpen 
  • Woorden begrijpen en uitspreken die te maken hebben met gezondheid

Slide 3 - Tekstslide

Lees opdracht 23 door. Welke zin gaat volgens jou het meest gekozen worden?
A
Zin nummer 1
B
Zin nummer 2
C
Zin nummer 3

Slide 4 - Quizvraag

Lis les phrases suivantes. Kies de persoon op wie jij het meest lijkt.
A
Zin nummer 1
B
Zin nummer 2
C
Zin nummer 3

Slide 5 - Quizvraag

Opdracht!

Probeer de zin die je hebt gekozen te personaliseren.

Pour moi, par exemple:
  • Je suis actif, je monte à cheval 5 fois par semaine, je marche avec mon chien une heure par jour.


Slide 6 - Tekstslide

Que vois-tu?

Slide 7 - Tekstslide

Exercice vingt-quatre
Regarde les sujets et lis globalement le texte 'le sport, c'est la santé'. Puis complète la phrase en français. De quel sujet ne parle pas Laury dans le texte?

Laury ne parle pas de : 
  • famille

Slide 8 - Tekstslide

Au boulot !
  • faire exercice 24 b


  • Al klaar: lees opdrachten 24 c,d,e en 25 vast door!
timer
5:00

Slide 9 - Tekstslide

Exercice vingt-quatre b
  1. vrai
  2. vrai
  3. faux
  4. faux
  5. on ne sait pas
  6. faux


Slide 10 - Tekstslide

  • D: je moet sporten om gezond te blijven 

Slide 11 - Tekstslide

Exercice vingt-quatre e

Slide 12 - Tekstslide

Exercice vingt-cinq 
a. Complète le texte suivant avec les mots soulignés dans le texte à la page 31.

B. Traduis les mots et fais des phrases d'au moins (minimaal) six mots.

Slide 13 - Tekstslide

Noem wat je heb geleerd deze les

Slide 14 - Woordweb