1h Introles

Welkom
Leg je spullen op je tafel
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom
Leg je spullen op je tafel

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Kennismaken
Spelregels
Wat mag je van mij verwachten?
Uitleg van het vak
Doornemen planning
Samen oefenen
Aan de slag!

Lesdoel: Je weet wat er van je wordt verwacht én wat je gaat leren in de lessen Nederlands!

Slide 2 - Tekstslide

Wie is KSL?
* docent Nederlands
* dyslexiecoördinator
* mijn hobby's zijn:
- lezen
- koken
- familie
- wandelen met de hond

Slide 3 - Tekstslide

Noteer een vooroordeel over KSL

Slide 4 - Woordweb

Wie zijn jullie?
* zou je een naambordje op je tafel willen zetten?
* schrijf drie dingen op over degene die naast je zit (2 minuten)

* ieder die dat wil vertelt iets over zijn buur

Slide 5 - Tekstslide

Regels in de klas?

Welke regels gelden in de les Nederlands?
A
Bij binnenkomst telefoon in de telefoontas.
B
Niet praten als iemand anders aan het woord is.
C
Je schuift je stoel aan als je het lokaal verlaat.
D
Je zorgt dat je je spullen op orde hebt.

Slide 6 - Quizvraag

Dus neem geen voorbeeld aan...
Dylan Haegens

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Wat mag je van mij verwachten?
Huiswerk.. 
Mailen! w.kanselaar@cambiumcollege.nl 
Voorbereiding op toetsen
Duidelijke uitleg 
Je mag altijd om hulp vragen!
           Ook als het niet over Nederlands gaat 



Slide 9 - Tekstslide

Nederlands
Schrijf in het kort op (5 min.):

Wat verwacht je van het vak Nederlands?
Welke onderdelen die je in de brugklas hebt gehad komen terug? Wat ga je leren? Waar heb je dat voor nodig?
Waar ben je goed in? Wat vind je lastig?
Flexlessen!

Slide 10 - Tekstslide

Schrijf in het kort op (3 min.):


Wat verwacht je van het vak Nederlands?
Welke onderdelen die je op de basisschool hebt gehad komen terug? Wat ga je leren? Waar heb je dat voor nodig?
Waar ben je goed in? Wat vind je lastig?
Flexlessen!

timer
3:00

Slide 11 - Open vraag

Wat heb je elke les bij je?

Schrijfgerei
Schrift A4
Lesboeken

Leesboek
Chromebook

Slide 12 - Tekstslide

Hoe werken we bij het vak Nederlands?
Elke les lezen! Waarom?

Maak een lijstje:
Welke boeken heb je gelezen in groep 8 en in de zomervakantie?
Welke boeken wil je nog gaan lezen?
Geef je lezen een 'saai - gaat wel - goed - super!'? Waarom?
Hoe kies jij een boek? (denk aan: advies; booktok, dik/dun, hoofdstukken, plaatjes, voorkant, schrijver, titel, …)

Vragen?

Slide 13 - Tekstslide

Hoe je een boek kiest?
In de volgende les gaan we met elkaar naar de mediatheek en daar krijg je uitleg!

Slide 14 - Tekstslide

Hoe werken we bij het vak Nederlands?
* we werken met leerdoelen 
* hoe gaan we dat doen?
* wat verwacht ik van jullie?
* wat mogen jullie van mij verwachten?

Slide 15 - Tekstslide

Zijn er nog vragen na deze uitleg?

Slide 16 - Woordweb

Leerdoelen 
* Aan het einde van deze les kun je vertellen wat fictie en non-fictie inhoud.
* Aan het einde van de les heb je een idee hoe de lessen Nederlands vormgegeven worden.
* Aan het einde van de les kun je uitleggen wat het betekent om aan je leerdoelen te werken.

Slide 17 - Tekstslide

Theorie (fictie en non-fictie) 
Fictie = alles wat verzonnen is.
Fictie die 'net echt' is, noemen we realistisch.
Fictie die niet waar kan zijn, noemen we niet-realistisch
Voorbeelden: leesboeken, strips, toneelstukken



Non-fictie = alles wat niet verzonnen is. 
Voorbeelden: schoolboeken, nieuwsberichten, enz.

Slide 18 - Tekstslide

Nieuw Nederlands
Uitleg boek en online methode
Cursus 3 Fictie

Slide 19 - Tekstslide


A
fictie
B
non fictie

Slide 20 - Quizvraag


A
fictie
B
non fictie

Slide 21 - Quizvraag


A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 22 - Quizvraag


A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 23 - Quizvraag

fictie of nonfictie
A
fictie
B
non fictie

Slide 24 - Quizvraag

Fictie of non-fictie?
A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 25 - Quizvraag


Wat is dit?
timer
0:10
A
fictie
B
non-fictie

Slide 26 - Quizvraag

Vormen van fictie zijn:
timer
0:10
A
Strips, gedichten, korte verhalen, series, films, musicals
B
Kookboeken, reisgidsen, informatiefolders
C
Krant, tijdschriften, poster

Slide 27 - Quizvraag

voorbeelden van non-fictie zijn:

timer
0:10
A
schoolboeken / krantenartikelen
B
De musical 'Cats'
C
sprookjes / stripverhalen
D
boeken van Carry Slee

Slide 28 - Quizvraag