In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Het oog
Slide 1 - Tekstslide
welk oog is van welk dier?
Slide 2 - Tekstslide
Het oog
Doel:
Je moet de onderdelen, de kenmerken en functies kunnen noemen van het oog.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Buitenkant oog
Oogwit
Iris
Pupil
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Het Oog
Slide 7 - Tekstslide
Waar wordt traanvocht gemaakt?
A
Traankanaaltje
B
Traanzakje
C
Traanklier
D
Traanbuisje
Slide 8 - Quizvraag
Welke delen beschermen je ogen tegen stof en zweet?
A
Wenkbrauwen en oogleden met wimpers
B
Wenkbrauwen en het oogwit
C
Oogleden met wimpers en het oogwit
D
Traanbuis en traanklier
Slide 9 - Quizvraag
proefjes doen
Slide 10 - Tekstslide
Werking oog
Slide 11 - Tekstslide
HARDE OOGVLIES
HOORNVLIES
1
2
3
4
5
Slide 12 - Tekstslide
Het oog
Slide 13 - Tekstslide
zintuig:
prikkel:
licht
oog
Slide 14 - Tekstslide
licht in het oog
Slide 15 - Tekstslide
Netvlies
Op het netvlies liggen 2 soorten zintuigcellen.
1. De staafjes
2. De kegeltjes
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Basisstof 5.
Het netvlies
Slide 19 - Tekstslide
verdeling
staafjes en kegeltjes
over het netvlies
vlekken
Slide 20 - Tekstslide
Op een heldere avond kijkt Stefan naar de sterrenhemel. Hij kijkt naar één ster. Daarna kijkt hij naar de donkere lucht vlak naast die ster. Stefan merkt dat hij de ster nu veel beter ziet. Hoe komt dat?
Slide 21 - Open vraag
Optische illusie
Iets dat het oog waarneemt, dat door de hersenen anders geïnterpreteerd wordt.