4v les 2 29-09

Le vendredi 29 septembre
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Le vendredi 29 septembre

Slide 1 - Tekstslide

Plan du cours
1. Les buts de l'unité et du cours
2. Lire ensemble le texte introductif (page 32)
3. Prononciation des mots 
4. Grammaire I: L'adverbe
5. Travailler seul 
6. Quiz sur les mots (lire) ou la grammaire



Slide 2 - Tekstslide

1a. Introduction de l'unité 2
Le thème:"Ça se discute"         Proef: Formatief (in 2.2)
Les buts de l'unité 2:
-Je herhaalt het bijwoord (lentement etc.),
-Je herhaalt het bezittelijk voornaamwoord (mon, ma...), 
-Je leert de volgende werkwoorden op -re (pouvoir, savoir, voir, vouloir)
-Schrijven en spreken: je kan iemand beschrijven

 




Slide 3 - Tekstslide

1b. Les buts du cours
À savoir: (kennen)
-Je hebt de uitspraak van de woordjes van (lire) beoefend,
-Je herhaalt het bijwoord in het Frans (Grammaire I). 

Les compétences: (de vaardigheden)
Lire: Je kunt hoofdlijnen + belangrijke argumenten begrijpen in een eenvoudige tekst op een forum. 
 




Slide 4 - Tekstslide

2. Prononciation des mots
Prends ton livre à la page 104 et lis les mots "Lire".  
Oefen met je buurman/buurvrouw.


timer
10:00

Slide 5 - Tekstslide

3. Travailler seul
  • Lire
Fais les exercices 8 à 10 pages 38-40. 
+ note les mots inconnus du texte (15) dans ton cahier (F-N)

  • Grammaire I (uitleg nodig?)
Fais les exercices 11a à 11d pages 40 à 41. 

Slide 6 - Tekstslide

4. Quiz sur les mots/ het bijwoord
Prends ton cahier et écris ta réponse.  


Bonne chance! :)

Slide 7 - Tekstslide

L'adverbe (het bijwoord)
  • Een bijwoord zegt iets over een werkwoord, bijv nw of ander bijwoord en heeft dus maar één vorm in het Frans. 
  • Een bijwoord eindigt vaak op - MENT 

Par exemple: Je parle lentement, je parle rapidement etc...


Slide 8 - Tekstslide

Onregelmatige vormen

Onderstaande bijvoeglijk naamwoorden hebben een onregelmatige vorm voor het bijwoord:

Bijv.Nw                - Bijwoord                                  - Vertaling bijwoord

bon                           bien                                                goed, lekker

meilleur                  mieux                                             beter, lekkerder

mauvais                  mal                                                  slecht

gentil                       gentiment                                    aardig, vriendelijk

long                          longtemps/longuement        lang

rapide                      vite/ rapidement                        snel

Slide 9 - Tekstslide

Plaats van het bijwoord
De plaats van het bijwoord is afhankelijk van waar het betrekking op heeft. 

Op de hele zin : helemaal vooraan 
Heureusement, mon prof ne sera jamais remplacé par un robot 

Op een bijvoeglijk naamwoord of bijwoord : direct ervoor 
Je pense que c'est une très bonne idée.
Il a trop vite changé d'avis.

Op een ww : direct achter de persoonsvorm (= het 1e ww) behalve als deze ontkennend is, dan na het 2e deel van de ontk.
J' aime beaucoup les fraises
Je n' aime pas beaucoup les fraises

J' ai toujours détesté les notes. 
Je n' ai pas toujours détesté les notes

Slide 10 - Tekstslide

5. Heb je de doelen behaald? 
À savoir: (kennen)
-Je hebt de uitspraak van de woordjes van (lire) beoefend,
-Je hebt het bijwoord in het Frans herhaalt (Grammaire I). 

Les compétences: (de vaardigheden)
Lire: Je kunt hoofdlijnen + belangrijke argumenten begrijpen in een eenvoudige tekst op een forum. 
 




Slide 11 - Tekstslide