Week 6 - Budgetlijn & begroting - 1

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Ik weet wat een budgetlijn is en hoe je deze tekent.
  2. Ik kan een (sluitende) begroting voor een huishouden lezen en opstellen.
  3. Ik kan uitleggen waarom een begroting kan afwijken van de werkelijkheid.

Slide 2 - Tekstslide

Pak je laptop erbij!
En opdracht 1.3 (blz. 7) uit je boekje

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht 1.3 b. € 2,50 per week. Hoeveel is dat per maand?
LET OP! Noteer als: 12,34 (géén €, altijd 2 decimalen)
timer
1:30

Slide 4 - Open vraag

Opdracht 1.3 c. € 50,- per maand. Hoeveel is dat per week?
LET OP! Noteer als: 12,34 (géén €, altijd 2 decimalen)
timer
1:30

Slide 5 - Open vraag

Opdracht 1.3 d. € 45,50 per kwartaal. Hoeveel per week?
LET OP! Noteer als: 12,34 (géén €, altijd 2 decimalen)
timer
1:30

Slide 6 - Open vraag

Je antwoord wordt pas goed gerekend als...
  1. De berekening erbij staat
  2. Als je over euro's praat, dan zet je een "€" voor het getal.
  3. Als je over geld praat, rond dan af op twee decimalen (€ 1,23)

Slide 7 - Tekstslide

Budgetlijn
Een budgetlijn geeft alle mogelijkheden die iemand met zijn inkomen (budget) kan aanschaffen en wordt getekend in een grafiek.
  • Budget: € 15,00
  • Fles drinken: € 1,00
  • Zak chips € 0,50
  • € 15,00 / € 1 = 15 flessen drinken
  • € 15,00 / € 0,50 = 30 zakken chips

Slide 8 - Tekstslide

Begroting
  • Een begroting is een overzicht van alle inkomsten en uitgaven die je verwacht voor de komende periode.
  • Wanneer spreken we van een sluitende begroting?
  • > Als inkomsten = uitgaven
  • Na afloop van de periode kun je door naar verschillen te kijken, je koopgedrag beter inschatten of bijstellen.

Slide 9 - Tekstslide

Kasboek
  • In je kasboek noteer je een overzicht met alle uitgaven die je gedurende een periode doet.
  • Hoe langer je een kasboek bijhoudt, des te nauwkeuriger kan je een schatting maken voor de toekomst.

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag!
Wat? Bestudeer in Kopen & Werken paragraaf 1.2. Maak opdracht 1.8 t/m 1.11 en 1.13 t/m 1.17.
Hoe? Zelfstandig, overleggen mag (fluisteren)
Hulp? Vraag het de docent óf je buurman/buurvrouw
Tijd? tot 5 minuten vóór einde les

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide