Lineaire functies §1.2/§1.3

f(x) = 3x + 2
g(x) = -x + 7
Bereken f(3) + g(2)
A
11
B
16
C
5
D
6
1 / 10
volgende
Slide 1: Quizvraag
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

f(x) = 3x + 2
g(x) = -x + 7
Bereken f(3) + g(2)
A
11
B
16
C
5
D
6

Slide 1 - Quizvraag

f(x) = 3x + 2
g(x) = -x + 7
Bereken f(3) - g(2)
A
11
B
16
C
5
D
6

Slide 2 - Quizvraag

Omgaan met functies en parameters
Formule notatie:     y = 2 + 8

Functie notatie:   f(x) = 2x + 8

f(2) betekent dat je in de functie voor x de waarde 2 invult 
dus, f(2) = 2 keer 2 + 8 = 4 + 8 = 12 



Slide 3 - Tekstslide

Omgaan met functies en parameters
Opgave 38a)
Bereken a  in het geval de grafiek van de functie f(x) = ax +8 door het punt (-8,80) gaat.

Wat weet je?
Met welke gegevens 'moet' je iets doen? 
Wat schrijf je op?



Slide 4 - Tekstslide

Wanneer zijn lijnen (of lineaire functies) evenwijdig?

Slide 5 - Open vraag

Omgaan met functies en parameters
Opgave 38b)
Bereken a  in het geval de grafiek van de functie f(x) = ax +8 evenwijdig is met de lijn y = -5x + 6

Wat weet je?
Met welke gegevens 'moet' je iets doen? 
Wat schrijf je op?



Slide 6 - Tekstslide

Omgaan met functies en parameters
Opgave 38c)
Bereken a  in het geval de grafiek van de functie f(x) = ax +8 door het punt ( -5 , a) gaat.

Wat weet je?
Met welke gegevens 'moet' je iets doen? 
Wat schrijf je op?



Slide 7 - Tekstslide

Omgaan met functies en parameters
Opgave 38d)
Bereken a  in het geval de grafiek van de functie f(x) = ax +8 door het punt ( a , 24) gaat.

Wat weet je?
Met welke gegevens 'moet' je iets doen? 
Wat schrijf je op?



Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 10 - Open vraag