H3.2 Klimaat en plantengroei

4 MAVO
Hoofdstuk 3
Het weer en het klimaat
Paragraaf 2
Klimaat en plantengroei

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

4 MAVO
Hoofdstuk 3
Het weer en het klimaat
Paragraaf 2
Klimaat en plantengroei

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen van de vorige les
  1. Je kunt de 5 temperatuurfactoren benoemen.
  2. Je kunt het verband uitleggen tussen de ligging van de gebergten  (1) in de V.S. en het voorkomen van extreme weersomstandigheden (2).
  3. Je kunt op de kaart van de V.S. verschillen in neerslag verklaren aan de hand van de drie soorten neerslag
  4. Je kent figuur 1 van paragraaf 3.1 uit je hoofd.

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Welke klimaten en oorspronkelijke plantengroei komen voor in de VS?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

gematigd zeeklimaat

Slide 5 - Tekstslide

Gematigd zeeklimaat

  • zachte winters, koele zomers 
  • hele jaar neerslag 
    (door de aanlandige wind)
  • zeeklimaat in VS warmer en natter dan in NL
Virginia

Slide 6 - Tekstslide

Middellandse Zeeklimaat

Slide 7 - Tekstslide

Middellandse Zeeklimaat

  • warme droge zomers (H), zachte   winters 
  • neerslag valt vooral in de   winter (dankzij zeewind)
Big Sur, Californië

Slide 8 - Tekstslide

tropisch regenwoudklimaat

Slide 9 - Tekstslide

Tropisch regenwoud-klimaat


  • temperatuur is altijd > 18°C
  • warm en vochtig, met veel   neerslag
  • alleen op Hawaii en een smalle   strook in Florida
Kauai, Hawaii

Slide 10 - Tekstslide

savanneklimaat

Slide 11 - Tekstslide

Savanneklimaat
  • zomers heet (32°C) en vochtig
  • in winters valt veel minder   neerslag
Everglades NP, Florida

Slide 12 - Tekstslide

landklimaat

Slide 13 - Tekstslide

Landklimaat
  • hete, droge zomers en koude   winters
  • overheersend aflandige wind 
     (weinig invloed van zee)
New York City

Slide 14 - Tekstslide

toendraklimaat

Slide 15 - Tekstslide

 Toendraklimaat
  • zomer nooit warmer dan 10°C,   winter kouder dan -3°C
  • permafrost bodem
Denali NP, Alaska
permafrost = eeuwig bevroren ondergrond, waarbij het bovenste deel van de bodem in de zomer ontdooit; hierdoor ontstaan er veel ondiepe plassen

Slide 16 - Tekstslide

Hooggebergte klimaat

  • op grote hoogte (>1500 meter) 
  • valt veel neerslag 
  • groeit alleen gras en mos
Yosemite NP
Stuwingsneerslag

Slide 17 - Tekstslide

woestijnklimaat

Slide 18 - Tekstslide

woestijnklimaat
  • neerslag < 250 mm per jaar
  • neerslag die valt verdampt snel
  • alleen vetplanten en cactussen   kunnen overleven
Death Valley NP, Californië

Slide 19 - Tekstslide

steppeklimaat

Slide 20 - Tekstslide

steppeklimaat
  • droog, neerslag 250-500 mm   per jaar (vooral in de zomer)
  • alleen grassen en struiken   overleven
  • waar? in de Great Plains, de   grote centrale grasvlakten in   het midden van de VS
Great Plains, South Dakota

Slide 21 - Tekstslide

Klimaat + vegetatie

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Lezen en verwerken theorie:  3.2 



Opdrachten 3.2: 2 + 3

Slide 25 - Tekstslide