BEWEGEND BEELD: Flipbook
1 / 15
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Niveau: Gevorderd
Duur: 45 minuten
Doelgroep: Voortgezet Onderwijs - Leerjaar 5 & 6
Slide 2 - Tekstslide
In de les ‘Flipbook’ gaan de leerlingen een handmatige tekenfilm maken, ook wel een flipbook genoemd. Dit is een boekje met tekeningen die samen een verhaal vertellen. Het verhaal speel je als het ware af door het boekje tussen je duim en wijsvinger te nemen en de pagina’s zo snel mogelijk om te slaan.
Slide 3 - Tekstslide
Voordat er tekenfilms waren speelden mensen snel dia’s of tekeningen achter elkaar af. Door elke tekening net iets te laten verschillen van de vorige creëren ze de illusie van beweging in stilstaand beeld. Dit principe gebruik je ook als je een flipbook maakt.
Slide 4 - Tekstslide
Een flipbook is een boekje met tekeningen die samen een verhaal vertellen. Het verhaal speel je als het ware af door het boekje tussen je duim en wijsvinger te nemen en de pagina’s zo snel mogelijk om te slaan.
Slide 5 - Tekstslide
Een flipbook is een boekje met tekeningen die samen een verhaal vertellen. Het verhaal speel je als het ware af door het boekje tussen je duim en wijsvinger te nemen en de pagina’s zo snel mogelijk om te slaan.
Slide 6 - Video
Bekijk met de leerlingen een aantal flipbooks. Zet de video eventueel af en toe op pauze om met de leerlingen te bespreken wat ze zien.
Slide 7 - Tekstslide
Leg de opdracht uit aan de hand van de verschillende stappen.
Slide 8 - Tekstslide
Een flipbook vertelt in een aantal tekeningen een kort verhaal. Laat de leerlingen brainstormen waarover ze een flipbook willen maken. Dit mag van alles zijn. Ze kunnen een verhaal vertellen aan de hand van een personage, een huisdier tekenen die wegrent voor zijn baasje of een abstracte voorstelling maken met stuiterende figuren. Stimuleer de leerlingen om het verhaal niet te ingewikkeld te maken maar te focussen op de bewegingen die voorkomen. Wat gebeurt er in het verhaal en welke bewegingen horen daarbij? Laat de leerlingen individueel in 4 kleine schetsjes de opbouw van hun verhaal tekenen.
Slide 9 - Tekstslide
Een flipbook vertelt in een aantal tekeningen een kort verhaal. Laat de leerlingen brainstormen waarover ze een flipbook willen maken. Dit mag van alles zijn. Ze kunnen een verhaal vertellen aan de hand van een personage, een huisdier tekenen die wegrent voor zijn baasje of een abstracte voorstelling maken met stuiterende figuren. Stimuleer de leerlingen om het verhaal niet te ingewikkeld te maken maar te focussen op de bewegingen die voorkomen. Wat gebeurt er in het verhaal en welke bewegingen horen daarbij? Laat de leerlingen individueel in 4 kleine schetsjes de opbouw van hun verhaal tekenen.
Slide 10 - Tekstslide
Geef de leerlingen minimaal 25 papiertjes van 55x85 cm. Wat steviger papier werkt het beste wanneer je het boekje uiteindelijk flipt. Op deze papiertjes mogen de leerlingen het verhaal tekenen. Stimuleer de leerlingen om de bewegingen niet te groot te maken. Hoe kleiner de beweging, hoe vloeiender de pagina’s straks in elkaar doorlopen. Eventueel kun je de leerlingen adviseren om met een lichtpad of een raam een tekening over te tekenen wanneer het grootste deel van deze tekening op het volgende blaadje gelijk blijft. Daarnaast is het belangrijk om rekening te houden met de zijde waaraan de pagina’s aan elkaar bevestigd worden. Wanneer de leerlingen de korte zijde kiezen moeten ze ongeveer 10-15 mm afstand houden van deze zijde met hun tekening. De tekeningen hoeven niet heel gedetailleerd te worden, als de beweging maar duidelijk is. Laat de leerlingen hun verhaal minimaal 25 papiertjes lang maken. Meer mag natuurlijk altijd. De tekeningen mogen ingekleurd worden met gekleurd potlood en/of stift. Eventueel kun je ook fineliners gebruiken voor zwart-wit tekeningen. Naast de tekeningen mogen de leerlingen eventueel ook een omslag maken met de titel van hun verhaal.
Slide 11 - Tekstslide
Geef de leerlingen minimaal 25 papiertjes van 55x85 cm. Wat steviger papier werkt het beste wanneer je het boekje uiteindelijk flipt. Op deze papiertjes mogen de leerlingen het verhaal tekenen. Stimuleer de leerlingen om de bewegingen niet te groot te maken. Hoe kleiner de beweging, hoe vloeiender de pagina’s straks in elkaar doorlopen. Eventueel kun je de leerlingen adviseren om met een lichtpad of een raam een tekening over te tekenen wanneer het grootste deel van deze tekening op het volgende blaadje gelijk blijft. Daarnaast is het belangrijk om rekening te houden met de zijde waaraan de pagina’s aan elkaar bevestigd worden. Wanneer de leerlingen de korte zijde kiezen moeten ze ongeveer 10-15 mm afstand houden van deze zijde met hun tekening. De tekeningen hoeven niet heel gedetailleerd te worden, als de beweging maar duidelijk is. Laat de leerlingen hun verhaal minimaal 25 papiertjes lang maken. Meer mag natuurlijk altijd. De tekeningen mogen ingekleurd worden met gekleurd potlood en/of stift. Eventueel kun je ook fineliners gebruiken voor zwart-wit tekeningen. Naast de tekeningen mogen de leerlingen eventueel ook een omslag maken met de titel van hun verhaal.
Slide 12 - Tekstslide
Wanneer het hele verhaal getekend is mogen de leerlingen de tekeningen op elkaar leggen. Let hierbij goed op dat de onderste tekening van de stapel de laatste tekening van het verhaal is. Bovenop ligt de omslag van het flipbook met daaronder de eerste tekening van het verhaal. Laat de leerlingen met een perforator twee gaatjes maken aan de zijkant van de tekeningen. Eventueel is het makkelijk om de papiertjes bij elkaar te houden met een klem. Wanneer de gaatjes zijn gemaakt mag er een splitpen door de gaatjes heen en is het tijd om het boekje te flippen.
Slide 13 - Tekstslide
Bespreek met de leerlingen de gemaakte resultaten. Wat vonden de leerlingen ervan om een flipbook te maken? Waar liepen ze tegenaan en wat ging heel voorspoedig? Laat de leerlingen eventueel in groepjes elkaars flipbook’s bekijken. Sluit de les af met een kort evaluatiemoment.
Slide 14 - Video
Video met extra uitleg over hoe je een flipbook maakt.
Slide 15 - Video
Video met flipbooks
