Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
wo 9 juni 2021 gevorderd
Woordenschat
Vandaag leer je vijf (nieuwe) woorden bij het thema Toekomst.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.
1 / 18
volgende
Slide 1:
Tekstslide
NT2
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
In deze les zitten
18 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Woordenschat
Vandaag leer je vijf (nieuwe) woorden bij het thema Toekomst.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.
Slide 1 - Tekstslide
Woordenschat
Vandaag leer je vijf (nieuwe) woorden bij het thema :
toekomst
Maak aantekeningen:
Schrijf het woord op,
de betekenis en
de voorbeeldzin.
Slide 2 - Tekstslide
betrouwbaar
(bijvoeglijk naamwoord (bvn)
dat iemand doet wat hij of zij
belooft
synoniem: je kunt
op iemand
vertrouwen/ erop rekenen/zeker weten
tegenstelling:
onbetrouwbaar
zin: Het is belangrijk dat docenten
betrouwbaar
zijn, dan kunnen leerlingen
erop rekenen
dat het goed komt..
zin: Lang geleden had ik een goede vriendin, helaas was zij niet betrouwbaar want zij deelde mijn geheim met anderen.
Slide 3 - Tekstslide
kritisch
(bijvoeglijk naamwoord (bvn)
heel goed onderzoeken/nadenken
niet alles zomaar geloven
heel goed
afwegen
: wat zijn de gevolgen wat zijn de voordelen en nadelen?
Iemand
is
kritisch
synoniem:
scherp zijn, opmerkzaam zijn
tegenstelling
:
naïef
zin: Op internet moet je niet alles zomaar geloven, wees kritisch!
zin; Kritische mensen worden niet altijd gezien als gemakkelijke mensen.
Slide 4 - Tekstslide
spontaan
(bijvoeglijk naamwoord (bvn)
als je iets doet of zegt
zonder lang nadenken
mensen kunnen spontaan zijn/ er is veel
spontaniteit/enthousiast
synoniem:
open
zijn/
gemakkelijk contact
maken
tegenstelling:
gereserveerd/terughoudend
zin: Sommige mensen gingen
spontaan
meedoen met de demonstratie.
zin: De
spontane
jongens en meisjes hadden veel plezier toen zij
meteen
mee gingen doen met de voetbalwedstrijd.
Slide 5 - Tekstslide
het talent
(zelfstandig naamwoord (znw)
de eigenschap dat je iets vanzelf goed kunt/kost niet veel moeite.
meervoud: de talenten
talentvol
: iemand met veel verschillende talenten
zin: Deze jongen is goed in sport, is muzikaal en kan goed studeren, hij heeft veel
talenten.
zin: Ieder mens heeft een talent! Er is altijd wel iets waar je goed in bent!
Slide 6 - Tekstslide
teleurgesteld
(bijvoeglijk naamwoord (bvn)
een
onprettig gevoel
dat je krijgt als je verwachting/dat wat je hoopt niet uitkomt
als iets niet goed lukt
iets is
jammer
tegenstelling:
tevredenheid
zin:
De leerlingen zijn teleurgesteld over het resultaat van de toets.
zin: Ik had zo goed gestudeerd en toch is de toets niet goed gelukt, ik ben heel erg teleurgesteld.
Slide 7 - Tekstslide
Als je betrouwbaar bent dan ..........
(er zijn twee goede antwoorden)
A
dan kunnen mensen niet op jou vertrouwen.
B
dan kunnen mensen op jou rekenen.
C
kunnen mensen op jou vertrouwen.
D
dan ben je onbetrouwbaar.
Slide 8 - Quizvraag
Welk woord moet hier ingevuld worden?
De jongen kwam zijn afspraak niet na, ik vind hem............
A
gezellig
B
onbetrouwbaar
C
leuk
D
betrouwbaar
Slide 9 - Quizvraag
Als je kritisch bent dan ................
(Er zijn meer antwoord goed)
A
denk je na over gevolgen.
B
denk je over veel dingen goed na.
C
denk je na over voordelen en nadelen.
D
weeg je veel dingen goed af.
Slide 10 - Quizvraag
Vind je dat je zelf kritisch bent?
Waarom? Hoe zie ik dat?
Slide 11 - Open vraag
Ik zie veel jonge mensen die meteen leuk reageren, deze mensen zijn ............
(er zijn meer goede antwoorden)
A
enthousiast
B
gereserveerd
C
spontaan
D
terughoudend
Slide 12 - Quizvraag
Maak een zin!
Ik ben wel/niet/soms spontaan, dat zie je omdat ik.....................
Slide 13 - Open vraag
Als je talent voor iets hebt dan.......
(zoek het beste antwoord)
A
vind je iets leuk.
B
denk je goed na over iets.
C
moet je er veel moeite voor doen.
D
kun je iets vanzelf goed.
Slide 14 - Quizvraag
Wat is jouw talent?
Noem er één.
Ik kan goed.........
Slide 15 - Woordweb
Welk woord moet er ingevuld worden in de zin?
De docenten waren.....................over de resultaten van de toets, want ondanks alle lessen was het niet goed gelukt.
A
tevreden
B
heel blij
C
teleurgesteld
D
gelukkig
Slide 16 - Quizvraag
Maak de zin af.......
Ik ben teleurgesteld als...............
Slide 17 - Open vraag
Zinnen maken
We draaien het rad. Zie je jouw naam? Dan maak je een zin met 1 van de woorden.
De woorden: teleurgesteld, het talent, spontaan, kritisch, betrouwbaar.
Slide 18 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
wo 9 juni 2021 gevorderd
Juni 2021
- Les met
17 slides
Bijwoord uitleg
Mei 2022
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Grammatica
December 2020
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
bijwoord
Maart 2024
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Woordsoorten - bijwoorden
September 2022
- Les met
25 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Woordsoorten - bijwoorden
November 2021
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
leei grammatica 1v Woordsoort: bijwoord
Mei 2022
- Les met
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Woordsoorten - bijwoorden
April 2023
- Les met
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1