Werken aan positieve beeldvorming
Over mensen met een beperking of aandoening bestaan veel beelden. Die beelden zijn vaak stereotypen en negatief.
Stigmatisering.
Wolfsberger (1998) onderscheidt vier niveaus waarop je aan positieve beeldvorming kunt werken:
1. de individuele persoon: hoe ziet iemand eruit en of hij cultureel passende en leeftijdsgerelateerde bezigheden en rollen heeft.
2. Het primaire sociale systeem: beeldvorming in de directe omgeving.
3. Het secundaire sociale systeem: denk aan het maatschappelijk presenteren van mensen met beperkingen als individu in plaats van steeds als een groep, denk hierbij aan het werken aan een 'normale' dag routine, vergelijkbaar met de rest van de omgeving.
4. De samenleving: beeldvorming in de media.
Hoe presenteer jij je cliënten?