Minitoets oefenen GL4 1

Wat is een duurzame energiebron
A
aardolie
B
aardgas
C
wind
D
zon
1 / 23
volgende
Slide 1: Quizvraag
DpMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Wat is een duurzame energiebron
A
aardolie
B
aardgas
C
wind
D
zon

Slide 1 - Quizvraag

Duurzaam
geen fossiele brandstoffen - geen brandstoffen die opraken

Slide 2 - Tekstslide

De school wil samen met de leerlingen een evenement organiseren. Ze hebben hiervoor een vergunning aangevraagd. Wat houdt deze vergunning in?
A
dat je financiële steun krijgt van de gemeente
B
dat je een verzekering krijgt van de gemeente
C
dat je toestemming krijgt van de gemeente
D
dat de gemeente bezwaar maakt

Slide 3 - Quizvraag

Vergunning
toestemming dat je een activiteit / evenement mag uitvoeren op een plaats waar het normaal niet mag of op een tijdstip dat niet gebruikelijk is.
(Muziek / alcohol / overnachten)

Slide 4 - Tekstslide

Je bent een stuk vlees in vet aan het bakken. De pan raakt oververhit en de vlam slaat in de pan. Hoe kun je de vlam doven?
A
door de afzuigkap aan te doen
B
door de deksel op de pan te doen
C
door een schuimblusser te gebruiken
D
door water in de pan te doen

Slide 5 - Quizvraag

Vlam in de pan
afzuigkap uit
deksel op de pan
niet met water blussen
warmtebron uit

Slide 6 - Tekstslide

Wat staat er naast de de vluchtroute en de verzamelplaats nog meer op de ontruimingsplattegrond?
A
hoe de bhv is georganiseerd
B
hoe je alle personen veilig uit het gebouw krijgt
C
wat de taken van een bhv 'er zijn
D
waar de ehbo-middelen in het gebouw te vinden zijn

Slide 7 - Quizvraag

Ontruimingsplattegrond
vluchtroute
verzamelplaats
ehbo/aed

Slide 8 - Tekstslide

ontvangen er registreren van bezoekers en telefoon beantwoorden
gedurende de dag controleren op onregelmatigheden
controleren of bezoekers het gebouw mogen binnenkomen
controleren of bezoekers het pand mogen verlaten
baliewerkzaamheden
surveillance
toegangscontrole
uitgangscontrole

Slide 9 - Sleepvraag

surveilleren = toezicht houden

fouilleren = voelen of er verboden middelen/wapens meegenomen worden

Slide 10 - Tekstslide

Wat is een geschikte evaluatievraag na een evenement
A
Wat is de doelgroep?
B
Zijn de vergunningen binnen?
C
Wie maakt het calamiteitenplan?
D
Welke activiteiten duurden te lang?

Slide 11 - Quizvraag

Evalueren 
Terugkijken hoe het gegaan is - kijken wat gaat goed en kijken wat kan er beter

Slide 12 - Tekstslide

Welk team staat op de DERDE plaats?
A
A1
B
A2
C
A3
D
A4

Slide 13 - Quizvraag

Punten opschrijven en optellen

Slide 14 - Tekstslide

Een pennenfabrikant produceert 1 miljoen pennen per maand. de variabel kosten per pen zijn € 0,15. De totale vaste kosten bedragen € 500.000, - per maand. Wat is de kostprijs van de pen?
A
€ 0,50
B
€ 0,65
C
€ 2,00
D
€ 2,15

Slide 15 - Quizvraag

Kosten
Variabel = per stuk
Vast - kosten die je altijd hebt

Vaste kosten delen door aantal 

Slide 16 - Tekstslide


Dit pictogram staat op het etiket van een schoonmaakmiddel. Wat betekent dit?
A
groot risico op hartaanval
B
groot risico op beroerte
C
gevaar voor gezondheid op lange termijn
D
gevaar voor gezondheid van anderen

Slide 17 - Quizvraag

Pictogrammen 
deze moet je echt leren

Slide 18 - Tekstslide

allesreiniger
olie
ontsmettingsmiddelen
chloor
Milde reinigingsmiddelen zijn onder andere afwasmiddel en ....
Voor het onderhouden van een houten vloer kun je onderhoudsmiddelen gebruiken zoals....
De meer gevaarlijke middelen zijn ....
zoals...

Slide 19 - Sleepvraag

Reinigingsmiddelen = schoonmaken
Ontsmettingsmiddelen = doodt bacteriën
Onderhoudsmiddelen = onderhouden materiaal 

Slide 20 - Tekstslide

bruin
rood
wit
groen

Slide 21 - Sleepvraag

Kennen
Groen = groente
Geel = kip
Rood = vlees
Wit = brood en zuivel (kaas)
Bruin = gaar vlees
Blauw = vis
Paars = allergeen vrij

Slide 22 - Tekstslide

In de keuken is het noodzakelijk om besmetting met micro-organismen te voorkomen. Waarom?
A
omdat je micro-organisme niet met het blote oog kunt zien
B
om te voorkomen dat je een boete krijgt
C
om te voorkomen dat mensen ziek worden
D
om de houdbaarheid van het product te garanderen

Slide 23 - Quizvraag