H3 18/2/2021
1 / 24
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Wat is de juiste vorm van het werkwoord "connaitre" in de present?
A
Tu connaissais
B
Tu connais
C
Tu connaitras
D
Tu connaitre
Slide 4 - Quizvraag
Wat is de juiste vorm van het werkwoord "connaitre" in de passe compose?
A
Elles ont connu
B
Elles connaissaient
C
Elles sont connu
D
Elles connaitre
Slide 5 - Quizvraag
Wat is de juiste vorm van het werkwoord "connaitre" in de futur simple?
A
Je connaitrais
B
Je connaitrai
C
Je connaissais
D
Je suis connu
Slide 6 - Quizvraag
Wat is de juiste vorm van het werkwoord "connaitre" in de imparfait?
A
Je connaitrais
B
Je cannais
C
Je connaissais
D
Je connaissaitrais
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Open vraag
Slide 11 - Open vraag
Spanje
A
l'Angleterre
B
l'Espagne
C
la Grèce
D
l'Allemagne
Slide 12 - Quizvraag
het werk
A
la nourriture
B
la frontière
C
l'emploi
D
l'habitant
Slide 13 - Quizvraag
de gewoonte
A
la coutume
B
le climat
C
le peuple
D
l'habitude
Slide 14 - Quizvraag
thuis
A
originaire de
B
à la maison
C
avoir lieu
D
ressembler à
Slide 15 - Quizvraag
het is er mooi weer
A
il y fait beau
B
billingue
C
les heures de repas
D
l'expérience
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Zet het ww in de futur simple
Dans deux ans, je joue dans mon premier film.
Dans deux ans, je joue dans mon premier film.
Slide 18 - Open vraag
Zet het ww in de futur simple
Mes parents vont voir le film
Mes parents vont voir le film
Slide 19 - Open vraag
Zet het ww in de futur simple
Je suis célèbre et riche
Je suis célèbre et riche
Slide 20 - Open vraag
Zet het ww in de futur simple
Je voyage à New York et Paris.
Je voyage à New York et Paris.
