10.5

Deze les:
Startopdracht en herhalen 10.4

- 10.5
Keuze: Uitleg leerdoelen of Zelfstandig werken
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Deze les:
Startopdracht en herhalen 10.4

- 10.5
Keuze: Uitleg leerdoelen of Zelfstandig werken

Slide 1 - Tekstslide

Planning tweede periode
Week
Les 1 (di)
Les 2 (do)
Les 3 (vr)
45
9.1 + 3.1
uitval
9.2 + 3.2
46
Activiteiten dag
9.3 + 3.3
9.4 + 3.4
47
9.5 + 3.5
Oefentoets hst 9 + 3
10.1 + 5.1
48
10.2 + 5.2
10.3 + 5.3
10.4 + 5.4
49
10.5 + 5.5
Oefentoets hst 10 + 5
Herhalen 3
50
Herhalen 5
Start TW2
51
Tentamen hst 9 + 10 + 3 + 5
Vakantie 😊

Slide 2 - Tekstslide

Startopdracht & huiswerkcheck
1. Ga naar de Lesson Up klas en ga naar 10.5
Maak de herhalingsvragen van dia 5 t/m 19

2. Klaar, laptop dicht en blader paragraaf 10.5 door

Huiswerkcheck: 
Maken + Nakijken 10.4: 4,5,9,10,11,14,16,24,26
timer
5:00

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk: donderdag 5 december
Maken + Nakijken 10.5
(2, 3, 6, 7, 9, 11 en 13)
Leren: bron 2 + begrippen
Donderdag 5 december = oefentoets hst 10+ 5  minimaal een 5.5 halen

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

De stamper bestaat uit:
stempel
stijl
vruchtbeginsel

Slide 6 - Sleepvraag

De meeldraad bestaat uit:
helmdraad
helmknop

Slide 7 - Sleepvraag

Mannelijke onderdeel van de bloemplant
Vrouwelijke onderdeel van de bloemplant
Stamper
Meeldraad
Stuifmeelkorrels

Slide 8 - Sleepvraag

Mensen met hooikoorts zijn allergisch voor stuifmeelkorrels.
Van welke planten komen deze stuifmeelkorrels?
A
windbloemen
B
insectenbloemen
C
zowel wind- als insectenbloemen
D
alleen van gras

Slide 9 - Quizvraag


In een tomaat zitten soms wel 20 zaden. Hoeveel stuifmeelbuizen zijn door de stamper naar beneden gegroeid?
A
1
B
10
C
20
D
2

Slide 10 - Quizvraag


Juist of onjuist?
Een paardenbloem is een windbloeier.
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Waar worden de stuifmeelkorrels gemaakt?
A
helmknop
B
helmdraad

Slide 12 - Quizvraag

In welk van deze gevallen spreken we van 'bestuiving'
A
geen
B
alleen 3
C
alleen 1 en 2
D
1, 2 en 3

Slide 13 - Quizvraag


Waar bevind zich de eicel van de plant?
A
Stamper
B
Vruchtbeginsel
C
Zaadbeginsel
D
Eierstok

Slide 14 - Quizvraag

Stamper
Stempel
Stijl
Vruchtbeginsel
Eicel
Zaadbeginsel
Sleep de nummers achter de namen naar de juiste plek in de afbeelding.
1
2
3
4
5
6

Slide 15 - Sleepvraag

Welk werkwoord gebruiken we voor het proces waarbij het jonge plantje uit het zaadje komt?

Slide 16 - Open vraag

Heeft er in deze bloem bevruchting plaats gevonden?
A
Ja, 1 keer
B
Ja, meerdere keren
C
Nee en ook geen bestuiving
D
Nee, maar wel bestuiving

Slide 17 - Quizvraag

Wat voor een soort bloem is dit?
A
insectenbloem
B
windbloem

Slide 18 - Quizvraag


Bekijk de afbeelding hiernaast. Wat is de functie van de zaadlobben in het zaad?

Slide 19 - Open vraag

Boek blz: 62 - 69

Slide 20 - Tekstslide

boek blz: 63

Slide 21 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voortplanting
  1.  Stek - stukje van de plant afsnijden. 
  2.  Deling
  3. Uitlopers - stengels boven de grond, bv. aardbeien.
  4. Bol - ondergronds stuk  stengel, met rokken, tussen de rokken groeien klisters, die groeien uit tot nieuwe bollen. 
  5. Knol - ondergrondse uitlopers van stengels, bv. aardappel.
  6. Wortelstok - uit verdikkingen op wortelstokken groeien nieuwe plantjes.

Slide 22 - Tekstslide

Waarmee kun je de afbeelding hiernaast mee vergelijken?
A
stek
B
bol
C
knol
D
wortelstok

Slide 23 - Quizvraag

Welke vorm van ongeslachtelijke voortplanting zie je hier?
A
stek
B
bol
C
uitloper
D
wortelstok

Slide 24 - Quizvraag

Waarmee kun je de afbeelding hiernaast mee vergelijken?
A
stek
B
bol
C
uitloper
D
wortelstok

Slide 25 - Quizvraag

Waarmee kun je de afbeelding hiernaast mee vergelijken?
A
stek
B
bol
C
uitloper
D
wortelstok

Slide 26 - Quizvraag

boek blz 65

Slide 27 - Tekstslide

Welke manier van vermeerderen staat hier afgebeeld?
A
stekken
B
veredelen

Slide 28 - Quizvraag

De kweker                      2 bloemen om met elkaar te                      .

De nakomelingen met de gewenste eigenschappen worden gebruikt om verder mee te                      .

Dit proces heet                      .
selecteert
kruisen
veredelen
kweken

Slide 29 - Sleepvraag

Boek blz 67 - 68

Slide 30 - Tekstslide

De Judaspenning is een tweejarige plant. De plant draagt dit jaar bloemen en vruchten. In welke jaar bevindt de plant zich nu?
A
jaar 1
B
jaar 2

Slide 31 - Quizvraag

De Hop sterft in de winter boven de grond af en komt in het voorjaar weer op.
De lobelia is meestal niet winterhard. Dat houdt in dat de plant de winter niet overleefd.
Geef aan of de plant:                     ,                      of 
is.
eenjarig
tweejarig
overblijvend

Slide 32 - Sleepvraag

De Hulst is een groenblijvende plant. Dat houdt in dat hij de hele winter zijn groene blad houdt. 
Het Vingerhoedskruid komt elk jaar weer ergens anders op. De plant bloeit pas na 1 jaar.
Geef aan of de plant:                     ,                      of 
is.
eenjarig
tweejarig
overblijvend

Slide 33 - Sleepvraag

Van welke plant is dit de levenscyclus?
A
eenjarige
B
tweejarige
C
houtige
D
overblijvende

Slide 34 - Quizvraag

Van welke plant is dit de levenscyclus?
A
eenjarige
B
tweejarige
C
houtige
D
overblijvende

Slide 35 - Quizvraag

Een                            plant doorloopt 1 cyclus in            .

Een                            plant doorloopt                        in            .

Een                            plant doorloopt                        per jaar.
overblijvende
tweejarige
eenjarige
1 cyclus
2 cyclussen
1 jaar
2 jaar

Slide 36 - Sleepvraag

Huiswerk: donderdag 1 december
Maken + Nakijken 10.5
( alle vragen)
Leren: bron 2 + begrippen

Slide 37 - Tekstslide