In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Wat weten we nog allemaal
Slide 1 - Tekstslide
Wat is een debiteur?
A
Een leverancier aan wie je nog moet betalen.
B
Een klant van wie je nog geld moet ontvangen.
C
Een klant die altijd contant betaalt
Slide 2 - Quizvraag
Gerritsen heeft nog openstaande facturen bij zijn leveranciers. Op welke rekening staat het totale bedrag daarvan op de balans?
A
op de rekening : debiteuren
B
Op de rekening: nog te betalen omzetbelasting
C
op de rekening : crediteuren
Slide 3 - Quizvraag
Welke van de volgende gegevens op de balans zijn vaste activa?
A
bedrijfsgebouw, inventaris en debiteuren
B
bedrijfsauto, voorraad en bank
C
bedrijfspand, bedrijfsauto en inventaris
Slide 4 - Quizvraag
Gerritsen koopt diverse voorraad goederen op rekening. Wat gebeurt er met de rekening Crediteren?
A
De rekening crediteuren verandert niet
B
De rekening crediteuren wordt gecrediteerd
C
de rekening crediteuren wordt gedebiteerd.
Slide 5 - Quizvraag
Gerritsen heeft voor €2.500 aan goederen verkocht. De inkoopwaarde daarvan is €1.500. Wat gebeurt er met de rekening Voorraad goederen?
A
De rekening wordt met een bedrag van €1.500 gecrediteerd.
B
De rekening wordt met een bedrag van €1.500 gedebiteerd
C
De rekening verandert niet.
Slide 6 - Quizvraag
Gerritsen heeft voor €2.500 aan goederen per kas verkocht. De inkoopwaarde daarvan is €1.500. Wat gebeurt er met de rekening debiteuren?
A
De rekening debiteren verandert niet.
B
De rekening debiteuren wordt gedebiteerd.
C
De rekening debiteuren wordt gecrediteerd.
Slide 7 - Quizvraag
Welke van de volgende rekeningen mogen op de balans staan?
A
omzet verkopen, debiteuren en crediteuren
B
inkoopwaarde, voorraad goederen en bank
C
debiteuren, voorraad goederen en bank
Slide 8 - Quizvraag
Welke van de volgende gegevens mogen op een balans niet staan?
A
bank en kas
B
opbrengst van verkopen en autokosten
C
banklening en hypothecaire lening
Slide 9 - Quizvraag
Welke van de onderstaande gegevens is een liquide middel?
A
het geld in de kas
B
nog te ontvangen bedragen bij de klanten
C
voorraad goederen
Slide 10 - Quizvraag
Welke van de onderstaande rekeningen zijn vlottende activa?
A
Bedrijfswagens
B
debiteuren
C
crediteuren
Slide 11 - Quizvraag
Wat voor rekening is de grootboekrekening Privé?
A
Een rekening van bezit
B
Een rekening van schuld
C
een hulprekening van het eigen vermogen
Slide 12 - Quizvraag
Wat voor rekening is de grootboekrekening Banklening
A
een rekening van schuld
B
een rekening van bezit
C
een hulprekening van het eigen vermogen
Slide 13 - Quizvraag
Welke van de onderstaande gegevens vallen onder Lang vreemd vermogen?
A
Hypotheek
B
Crediteuren
C
nog te betalen omzetbelasting
Slide 14 - Quizvraag
Op 1 januari 2021 had Gerritsen een eigen vermogen van €250.000. In 2021 heeft Gerritsen een winst van €100.000 behaald. Voor privé heeft hij €65.000 opgenomen. Wat is het eigen vermogen van Gerritsen op 31 december 2021? Noteer alleen het bedrag.
Slide 15 - Open vraag
Het totaal van de bezittingen bedraagt € 550.000 en de totale schulden bedragen €350.000. Hoeveel bedraagt in dit geval het eigen vermogen?
Slide 16 - Open vraag
Nettowinst is....
A
Omzet min inkoopwaarde
B
Omzet plus inkoopwaarde en min overige bedrijfskosten