BA les 4 - theorie

meerkeuze vragen 
Bedrijfsadministratie
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
administratieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

meerkeuze vragen 
Bedrijfsadministratie

Slide 1 - Tekstslide

wat is een debiteur?
A
Een leverancier aan wie wij nog moeten betalen.
B
Een instantie die voor ons diensten heeft geleverd.
C
Een klant van wie nog geld ontvangen moet worden.

Slide 2 - Quizvraag

Welke van onderstaande gegevens is een liquide middel?
A
Het muntgeld in de kassa
B
De voorraad goederen
C
De vordering op een klant

Slide 3 - Quizvraag

Welke van de onderstaande gegevens kan op een balans voorkomen?
A
Kostprijs van de Verkopen
B
Autokosten
C
Voorraad Goederen

Slide 4 - Quizvraag

Welke van onderstaande gegevens zijn vaste activa?
A
De vorderingen die het bedrijf heeft op een klant.
B
De voorraad goederen
C
De gebouwen van het bedrijf

Slide 5 - Quizvraag

Welke van onderstaande gegevens kunnen voorkomen op een
resultatenrekening?

A
Inkoopwaarde van de Verkopen
B
Eigen Vermogen
C
Lening

Slide 6 - Quizvraag

Welke van onderstaande gegevens is een Lang Vreemd Vermogen?
A
Hypotheek
B
Crediteuren
C
Inventaris

Slide 7 - Quizvraag

Welke van de onderstaande grootboekrekeningen komen voor op de resultatenrekening?
A
Inkoopwaarde verkopen
B
Eigen vermogen
C
Afschrijvingskosten
D
Personeelskosten

Slide 8 - Quizvraag

Welke van onderstaande gegevens is een voorbeeld van Kort Vreemd Vermogen?
A
Een bedrag dat de eigenaar zelf in de zaak heeft gestoken.
B
Een lening bij de bank met een looptijd van vijf jaar
C
Een schuld bij een leverancier

Slide 9 - Quizvraag

Sportzaak Speleo heeft voor € 225,- aan goederen per kas verkocht. Wat gebeurt er met de grootboekrekening Kas van Sportzaak Speleo?
A
De rekening verandert niet.
B
De rekening wordt gedebiteerd.
C
De rekening wordt gecrediteerd.

Slide 10 - Quizvraag

Welke van de onderstaande grootboekrekeningen komen voor op de balans?
A
Opbrengst verkopen
B
Eigen vermogen
C
Debiteuren
D
Gebouwen

Slide 11 - Quizvraag

Autozaak SnelisBeter verkoopt een auto op rekening.
Wat gebeurt er met grootboekrekening opbrengst verkopen?
A
De rekening verandert niet
B
De rekening wordt gedebiteerd
C
De rekening wordt gecrediteerd

Slide 12 - Quizvraag

Autozaak SnelisBeter lost per bank 1.000 van zijn hypothecaire lening af.
Wat gebeurt er met grootboekrekening hypothecaire lening.
A
De rekening verandert niet
B
De rekening wordt gedebiteerd
C
De rekening wordt gecrediteerd

Slide 13 - Quizvraag

Maak je eigen balans!
Zet Debet (links) 6 verschillende balansposten neer
Zet Credit (rechts) 5 verschillende balansposten neer
Wat moet je niet vergeten??

Slide 14 - Tekstslide

Maak je eigen resultatenrekening!
Schrijf 5 verschillende grootboekrekeningen onder Kosten

Schrijf 2 verschillende grootboekrekeningen onder Opbrengsten

Slide 15 - Tekstslide