Eerste les elektriciteit 2AHM

Een stroomkring is .......
A
Dat er stroom kan lopen van - naar +
B
Dat er stroom kan lopen van x naar y
C
Dat er stroom kan lopen van y naar x
D
Dat er stroom kan lopen van + naar -
1 / 21
volgende
Slide 1: Quizvraag
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Een stroomkring is .......
A
Dat er stroom kan lopen van - naar +
B
Dat er stroom kan lopen van x naar y
C
Dat er stroom kan lopen van y naar x
D
Dat er stroom kan lopen van + naar -

Slide 1 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stroom

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stroom
Leerdoelen:
    • Ik kan uitleggen wat elektrische stroom is.
    • Ik kan iets vertellen over elektrische circuits en de onderdelen waaruit deze kunnen bestaan.
    • Ik kan circuits herkennen met de juiste symbolen van de verschillende elektronische onderdelen.
    • Ik kan het verschil uitleggen tussen geleiders en isolatoren en hiervan voorbeelden noemen.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Instructie
Symbolen voor elektrische schakelingen

Slide 5 - Tekstslide

Wetenschap is het opdoen van kennis en deze toepassen.
Natuurwetenschappers kijken naar de natuurlijke wereld, en nemen verschijnselen waar. En proberen die te verklaren en te voorspellen.
Ze doen ONDERZOEK en ontdekken zo nieuwe dingen over de natuur om ons heen.
Techniek wordt gebruikt om die kennis in uitvindingen toe te passen

Verschil Natuurkunde en Scheikunde: tijdelijk en blijvende veranderingen: Je kan het niet meer terug krijgen in de oude staat.
Eigenlijk IS scheikunde ook natuurkunde, maar dan specifiek gericht op stoffen en hoe die met elkaar reageren DUS een blijvende verandering


Instructie
In het schakelschema van figuur 1 is een onderbroken stroomkring getekend. De lamp brandt dus niet.

 
In figuur 2 zie je de schakelschema van een gesloten stroomkring brandt de lamp. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geleiders 

  • Stoffen waar een elektrische stroom gemakkelijk doorheen kan lopen, heten geleiders. 

  • noem voorbeelden van geleiders?
Isolatoren 

  • Stoffen die een elektrische stroom niet of heel slecht doorlaten, heten isolatoren. 

  • noem voorbeelden van isolatoren?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lucht
Lucht = slechte geleider = isolator

Daarom wordt lucht vaak gebruikt als isolatie materiaal:

  • Dubbel glas (HR, HR+, HR++, HR+++)
  • Piepschuim (veel lucht in de bolletjes)



Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geleider & Isolator

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als een stroomkring wordt gesloten, gaat een lampje in die stroomkring uit.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kunststof is een …………… als er kunststof is opgenomen in een stroomkring, dan heb je te maken met een …… stroomkring
A
Isolator ; gesloten stroomkring
B
Isolator ; open stroomkring
C
Geleider ; gesloten stroomkring
D
Geleider ; open stroomkring

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geleider of isolator?
A
geleider
B
isolator

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geleider of isolator?
A
geleider
B
isolator

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geleider of isolator?
A
geleider
B
isolator

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is een gas een elektrische en warmte geleider, isolator of halfgeleider
A
geleider
B
isolator
C
halfgeleider

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geleiders en Isolatoren worden van hetzelfde materiaal gemaakt
A
Niet waar
B
Waar
C
Soms
D
Meer informatie nodig

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
We weten:
  1. Hoe je kunt herkennen of een stroomkring onderbroken of gesloten is.
  2. Wat de symbolen van elektrische componenten zijn.
  3. Hoe je een schakelschema kunt tekenen.
  4. Wat het verschil is tussen een schakelaar en een drukschakelaar.
  5. Wat het verschil is tussen geleiders en isolatoren.
  6. Wat geleiders en isolatoren zijn en kunnen daar voorbeelden van geven.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik snap de leerdoelen:
Hoe je kunt herkennen of een stroomkring onderbroken of gesloten is.
Wat de symbolen van elektrische componenten zijn.
Hoe je een schakelschema kunt tekenen.
Wat het verschil is tussen een schakelaar en een drukschakelaar.
Wat het verschil is tussen geleiders en isolatoren.
Wat geleiders en isolatoren zijn en kunnen daar voorbeelden van geven.
A
Ja
B
Nee
C
Een beetje....

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Volgende les:

Huiswerk:

1. Maak opdracht van 1.1 elektrische stroom 1, 2,3, 5, 7, 8, 12 en 13 af
2. Lees paragraaf 1.1 nog 1 keer!

Dank voor jullie aandacht!

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies