3H Leesvaardigheid dt6 les 2

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Deeltaak 6

- Oefenen met leesvaardigheid

- wekelijks worden de antwoorden besproken

- werken aan werkwoordstijden

Afsluiting deeltaak 6

- leestoets

- werkwoordstijden

Deze week

- open in de volgende slide de leesteksten

- beantwoord de vragen via lesson up

- samen maken tekst 3

- zelf maken tekst 9

https:

Lees alinea 1 van tekst 3 en beantwoord de vraag

Wat wordt over het Seaquarium verteld?

1. hoe het is ontstaan
2. waar het zich bevindt
3. wat je er zoal kunt zien

Lees alinea 2 van tekst 3 en beantwoord de vraag

Wat is het verschil tussen het Seaquarium en bijvoorbeeld een dolfinarium?
Het seaquarium ...

1. laat de bezoekers de dieren voeren
2. leert de dieren kunstjes waar de bezoekers bij zijn
3. vindt plezier voor de dieren zelf het belangrijkst

Lees alinea 3 van tekst 3
is de volgende bewering juist of onjuist?

Frédéric laat mensen uit het publiek soms meehelpen bij de training.

1. juist
2. onjuist

Lees alinea 3 van tekst 3
is de volgende bewering juist of onjuist?

Het publiek kan goed zien hoe de dieren op hun verzorgers reageren

1. juist
2. onjuist

Lees alinea 3 van tekst 3
is de volgende bewering juist of onjuist?

Zeehonden en zeeleeuwen verplaatsen zich op dezelfde manier.

1. juist
2. onjuist

Lees alinea 4 van tekst 3

Welk nieuwtje wordt er over Simba verteld?

1. Hij heeft er een nieuw vrouwtje bij gekregen.
2. Hij is de laatste tijd dikker geworden.
3. Hij laat zich niet meer door mensen aanraken
4. Hij wordt binnenkort vader

Lees alinea 1 van tekst 9

Wat is volgens Fanny een voorwaarde om sport en school goed te kunnen combineren?

1. altijd heel gezond leven
2. een persoonlijk trainingsschema hebben
3. goed presteren op school

Lees alinea 2 van tekst 9

Wat wordt over het eten van Fanny en haar sportvriendinnen gezegd

1. ze eten tussen de middag meer dan 's avonds
2. ze hebben geen speciaal dieet
3. ze mogen niet te veel eten.

Lees alinea 3 van tekst 9

Wat doet Fanny gelijk na de lunch?

1. ze gaat even uitrusten
2. ze gaat huiswerk maken
3. ze gaat naar de gymzaal

Lees alinea 4 van tekst 9

Geef van de volgende handeling aan of trainster Cathy deze wel of niet uitvoert.
choreografieën bedenken

1. wel
2. niet

Lees alinea 4 van tekst 9

Geef van de volgende handeling aan of trainster Cathy deze wel of niet uitvoert.
zorgen voor een goede sfeer onder de meisjes

1. wel
2. niet

Lees alinea 4 van tekst 9

Geef van de volgende handeling aan of trainster Cathy deze wel of niet uitvoert.
helpen bij de toestellen

1. wel
2. niet

Lees alinea 4 van tekst 9

Geef van de volgende handeling aan of trainster Cathy deze wel of niet uitvoert.
overleggen met een andere trainer

1. wel
2. niet

Lees alinea 5 van tekst 9

Wat wordt er vandaag gevierd?

1. de promotie van de turnvereniging
2. de selectie van Mélina voor het nationale team
3. de verjaardag van één van de meisjes.