lidwoorden & ein Gruppe

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wörter

Slide 2 - Tekstslide

machen
A
maken
B
doen
C
altijd
D
helaas

Slide 3 - Quizvraag

die Woche
A
de week
B
het weekend
C
de dag
D
de woensdag

Slide 4 - Quizvraag

sich treffen
A
trefbal
B
zich laten zien
C
nodig hebben
D
elkaar zien

Slide 5 - Quizvraag

immer
A
emmer
B
nooit
C
altijd
D
tervreden

Slide 6 - Quizvraag

ohne
A
zonder
B
oh nee!
C
soms
D
misschien

Slide 7 - Quizvraag

ganz
A
glans
B
heel
C
eend
D
gans

Slide 8 - Quizvraag

die Insel
A
het weiland
B
de eenzaamheid
C
het eiland
D
de inspiratie

Slide 9 - Quizvraag

heute
A
huid
B
mensen
C
helemaal
D
vandaag

Slide 10 - Quizvraag

Der - die - das
die Blume
der Stier
das Baby

Slide 11 - Tekstslide

DE LIDWOORDEN
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
der
die
das
die

Slide 12 - Tekstslide

De regels
der
die
das
- Mannelijke personen/dieren
- Vrouwelijke personen/dieren

- Veel woorden op -e

- -heit, -keit, -schaft, -ung
Onzijdig

Veel het-woorden

Slide 13 - Tekstslide

Sleep de juiste lidwoorden naar de juiste vorm.
mannelijk [m]
onzijdig [o]
meervoud [mv]
vrouwelijk [v]
der
die
das
die

Slide 14 - Sleepvraag

der
der
das
das
die
der
die
das

Slide 15 - Sleepvraag

(der, die, das) Mutter
A
der
B
die
C
das

Slide 16 - Quizvraag

der, die oder das?

Hengst
A
der
B
die
C
das

Slide 17 - Quizvraag

Der, die oder das?
Freiheit
A
der
B
die
C
das

Slide 18 - Quizvraag

der, die oder das?

Katze
A
der
B
die
C
das

Slide 19 - Quizvraag

Der, die oder das?

Ei
A
der
B
die
C
das

Slide 20 - Quizvraag

Der, die oder das?

Herausforderung
A
der
B
die
C
das

Slide 21 - Quizvraag

mannelijk
vrouwelijk
onzijdig 
meervoud
die
der
die
das

Slide 22 - Sleepvraag

ein(e)/kein(e)

Slide 23 - Tekstslide

Frau (v)
Mann (m)
Kind (o)
Kinder (mv)
Kombiniere die Artikel mit den Nomen
der
die
die
das
ein
ein
eine
keine

Slide 24 - Sleepvraag

manne-
lijk
vrouwe-
lijk
onzijdig
meer-
voud
der/ ein
die/ eine
das/ ein
die/ keine

Slide 25 - Sleepvraag

Habt ihr _________ Mann (m) gesehen?
Die Polizei sucht _________ Frau (v).
Im wasser schwimmt _________ Kind (o).
_________ Eltern (mv) sind sehr streng.
_________ Hund (m) isst das Futter
ein
ein
eine
keine
ein

Slide 26 - Sleepvraag

Wanneer krijg je achter het bezittelijk voornaamwoord een extra E ?
A
mannelijk/onzijdig
B
vrouwelijk/meervoud

Slide 27 - Quizvraag

An die Arbeit
  • Lektion 4: Aufgabe 1, 2, 5, 8, 9 & 10 Seite 27 - 32

Slide 28 - Tekstslide