VP P3 les 3 22/23

• Natuur en techniek
• HBO
• Studiejaar 3

Vakprofilering les 3

Tamara van Heel en Tessa Nicolaas

Planning vandaag

• Verwerking opdracht virussen/infectieziekten
• Afmaken enquête a.d.h.v. trendanalyse
• Concept-context benadering mij methodelessen
• Didactiek ontwerpend leren
• Werktijd (13 april/methodeles)

Welke waar/niet waar vragen heb je bedacht bij het college/literatuur?

Vervolg enquête

• enquêtevragen uitbreiden in tweetallen a.d.h.v. trendanalyse
• elk tweetal krijgt een onderdeel van de curriculaire spin
• padlet verder aanvullen met nieuwe vragen (zie Moodle voor de padlet)

Afrondingsopdracht

•  Bekijk in het zelfde tweetal de complete padlet
•  Kies twee vragen die verbeterd/aangevuld kunnen worden volgens jullie
•  Geef de feedback via het plusje

Vervolg

• Neem de enquête zo snel mogelijk af 
• Gebruik hiervoor de padlet, maar wees kritisch
• Aanvullen van de padlet mag (nieuwe vragen en feedback)

Eisen enquête

• Enquête: minstens 1 persoon per groep + directeur
• Interview: 1 persoon per bouw + directeur
• Let op: specifieke vragen over de methode? Zorg dat je deze dan ook bekeken hebt!
• Let op: denk aan verdiepende vragen
• Let op: gesloten vragen bij enquête en open vragen bij interview

www.poraad.nl

Ontwerpvaardigheden in beeld

Ontwerpend leren

Proces is belangrijker dan product

Formatief evalueren/ handelen is belangrijker dan summatief evalueren

containerbegrippen; algemeen; is niet leerlingtaal

toegespits op ontwerpend leren en leerlingtaal

nu vaardigheid in beeld live ervaren. 

Denk alle kanten op.

Gemeenschappelijke taal ontwikkelen.

Op whiteboard; denk alle kanten op.

Iedere keer vragen; hoe kun je dit tekenen.

Tekenen omdat je dan andere hersenhelft stimuleert en daardoor meer gaat associeren. Stimuleert creatief denken; visiospatieel geheugen.

Divergent denken= 

denk alle kanten op

Kies 1 vaardigheidsdoel voor je les en maak dit doel zichtbaar in je les. (hoe introduceer/ controleer/ evalueer je het doel?)

7 ontwerpvaardigheden

Zelf ervaren; 

werkvorm Vaardigheid in beeld

Divergent denken= 

denk alle kanten op

Kies 1 vaardigheidsdoel voor je les en verhelder dit doel.

7 ontwerpvaardigheden

Zelf ervaren; 

werkvorm Vaardigheid in beeld

Veel ideeën

1. jasophanger
2. knikkerhulp
3. beide
4. geen van beide

Gevarieerde ideeën

1. jasophanger
2. knikkerhulp
3. beide
4. geen van beide

Gecombineerde/ originele ideeën

1. jasophanger
2. knikkerhulp
3. beide
4. geen van beide

Serie dia’s om te laten zien dat de ontwerpvaardigheden in alle stappen van het ontwerpproces zitten. Later komt een opdracht over deze casus.

Meisje leeft zich in. Onderzoekt hoe het is om iets met 1 arm te doen. Leerlingen delen die ervaringen (zie jongen op achtergrond).

In het voorbeeld hebben leerlingen nagedacht over Dylan, een jongen in een rolstoel die mee wil doen met het knikkeren. Ze hebben heel wat ideeen bedacht – alle kanten opgedacht. Daarna gingen ze met elkaar in gesprek – want alle ideeën uitwerken kon niet!

Het idee wordt stap voor stap tot leven gebracht. Leren werken met verschillende materialen…bijv .leren hoe je een pvc-buis verbuigt en dat in een ontwerpproject benut… Ook hier is blijven denken aan je doelgroep - wat kan iemand in een rolstoel wel/niet belangrijk.

Deze jongens testen hun melkpakhouder.

Kernidee: gebruik maken van de zwaartekracht.

Gooi het melkpak op het plankje met spijkers.

FORMATIEF EVALUEREN

Dylan Wiliam

Kijkvragen

• Welke 5 strategieën kun je onderscheiden bij formatief evalueren/ handelen?
• Is er een verschil met de aanpak in het directe instructie model?
• Hoe kan formatief evalueren/ handelen bijdragen aan het creatieve proces?

divergeren

convergeren

Voorbeeldles: De brug van Spijkenisse

Vraag: Hoe heeft deze student werkvormen  van het Wetenschapsknooppunt TU Delft in gezet om formatief te handelen (met name het 'Leren zichtbaar maken')?

 Wetenschapsknooppunt TU Delft

• Lespakket Ontwerpen in Beeld  set werkvormen + handleiding (moodle)
• Werkvormen Ontwerpen in de klas (klik hier)

ontwerpenindeklas.nl

Een goede methodeles

• M.b.v. context-concept benadering
•  Uitgangspunten: 

- het aanbod moet gebruikt kunnen worden in contexten, waar kinderen aan deelnemen, zich op oriënteren of via actuele gebeurtenissen mee te maken krijgen, en die daardoor voor hen betekenisvol zijn;
- het aanbod moet gaan over dingen die kinderen willen weten of doen, bijvoorbeeld omdat het een antwoord is op een vraag die ze zelf hebben gesteld of als eigen hebben aanvaard4;

- het aanbod moet gaan over dingen die aansluiten op hun niveau van ontwikkeling en die daaraan nieuwe elementen toevoegen (zone van de naaste ontwikkeling

Voorbeelden

• Als een leerling vraagt hoe ze een achterlicht van een fiets kan repareren, moeten we haar met de verlichting van haar eigen fiets laten werken en niet eerst apart laten oefenen met een batterij-draadje-lampje-stroomkring. Dit laatste kan overigens heel goed een gestileerde afgeleide zijn (model) van het eerdere werken met fietsverlichting
• Bij het afwassen of als ze in bad gaan spelen kinderen met allerlei voorwerpen (Leefwereldcontext Gezin). Sommige voorwerpen drijven, andere zinken en weer andere lijken noch te drijven of te zinken. Dit kan in de klas bij de watertafel verder worden onderzocht. Kinderen zoeken voorwerpen bij elkaar, voorspellen welke gaan drijven en welke niet en komen al doende en redenerend met elkaar onder begeleiding van de leraar tot de conclusie dat materiaal en vorm belangrijke criteria zijn die bepalen of een object drijft of zinkt

docplayer.nl

De methodeles van nu

https://www.yumpu.com/nl/document/read/62827606/wetenschap-technologie-implementeren-in-het-basisonderwijs-lessons-learned

Zie blz. 8

Een goede w&t les

Opdracht

• Ga aan de slag met je zelf uitgekozen methodeles
• Je gaat de methodeles omzetten in een ''goede'' methodeles
• Inventariseer: welke lege concepten worden en taaldoelen worden er aangeboden?
• Daarna; hoe zet je deze om in w&t-doelen met context, concreet materiaal en OOL-activiteiten? Denk hierbij aan de concept-context methide

Werktijd

Je kunt nu aan de slag met de les van 13 april, de methodeles, of de OOL lessen

Volgende keer

• Gastles Machiel over AI/digitalisering/Robotica 
• Werktijd
• ...

Ter afsluiting

Terugkomend op vorige keer. Wanneer is iets acceptabel of onacceptabel? Stel jezelf de volgende vragen

• Vinden ze het allebei oké? Hebben ze allebei toestemming gegeven?
• Is het vrijwillig? Is er geen sprake van dwang?
• Zijn de betrokken kinderen gelijkwaardig qua leeftijd, ontwikkeling en populariteit?
• Past het gedrag bij de ontwikkelingsfase waarin ze zitten?
• Past het gedrag binnen de context waarin het gebeurt?
• Staat respect voorop? Is het gedrag niet beschadigend of vernederend voor hen?