Schulsachen sind auf dem Tisch (Buch, Laptop, Heft, Stift usw.)!
timer
2:00
Slide 3 - Tekstslide
Was machen wir heute?
Information SO1
Wörter schreiben/abfragen
Leseaufgabe
Erklärung Zeitangaben
Selbständig arbeiten
Abschluss/Hausaufgaben
Slide 4 - Tekstslide
Am Ende der Stunde........
kannst du auf deutsch sagen wie spät es ist dadurch, dass du Aufgaben machst.
Slide 5 - Tekstslide
Montag den. 13 dezember
Slide 6 - Tekstslide
Schrijf eerst het Nederlandse woord op en daarna de Duitse vertaling erachter!
vermoeiend
een spreekbeurt houden
het bord
het cijfer
het vak
het proefwerk
het eindexamen
het resultaat/ de uitslag
aan de beurt zijn
het rooster
de havo
het vwo
timer
5:00
Slide 7 - Tekstslide
Abfragen
vermoeiend
een spreekbeurt houden
het bord
het cijfer
het vak
het proefwerk
het eindexamen
het resultaat/ de uitslag
aan de beurt zijn
het rooster
de havo
het vwo
anstrengend
ein Referat halten
die Tafel
die Note
das Fach
die Klassenarbeit
das Abitur
das Ergebnis
an der Reihe sein
der Stundenplan
die Realschule
das Gymnasium
Slide 8 - Tekstslide
An die Arbeit
Machen im Buch: Aufgabe 8 auf Seite 41
Selbständig
Niet praten en geen vragen stellen.
Klaar:Lees alvast Grammatik E op bladzijde 43
timer
5:00
Slide 9 - Tekstslide
Besprechen
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Tijdsbepalingen
Welke tijdsbepalingen ken je in het Nederlands?
in, op, 's........., van - tot........., het is....uur, in de ..........
In het Duits zijn er ook tijdsbepalingen.
Voor de seizoenen, maanden, dag van de week, dagdelen, datum, tijdstippen en tijdsduur.
Slide 12 - Tekstslide
Open je boek op bladzijde 43
Welk voorzetsel gebruik je?
....... Sommer haben wir Ferien.
........ Mittwoch habe ich deutsch Unterricht.
......... Mittag haben wir 30 Minuten Pause.
.......... der Nacht schlafe ich.
........... neun Uhr dreißig.
im
am
am
es ist
in
Slide 13 - Tekstslide
Wie spät ist es?
Slide 14 - Tekstslide
Schrijf op!
Wat ga je zo doen.
Slide 15 - Tekstslide
An die Arbeit
Machen im Buch: Aufgabe 10 + 11 auf Seite 44
Selbständig
De eerste 10 minuten niet praten en geen vragen stellen. Daarna mag je fluisteren en vragen aan mij stellen.
Klaar:Aufgabe 13, Seite 45.
timer
5:00
timer
10:00
Hulp: Schema Grammatik E op bladzijde 43
Opdracht 10, schrijf voor iedere klok op hoe laat het is. Er zijn meerdere mogelijkheden.
Opdracht 11: Kies het juiste voorzetsel voor iedere zin.
Je vult eerst in het schema in welke activiteit je op welke dag en tijdstip doet. Vervolgens schrijf je op een blaadje voor iedere dag 3 zinnen op. Kijk naar het voorbeeld onderaan de opdracht.
Slide 16 - Tekstslide
Wie spät ist es?
Slide 17 - Tekstslide
Hausaufgaben
Machen im Buch: Aufgabe 13, Seite 45
Je vult eerst in het schema in welke activiteit je op welke dag en tijdstip doet. Vervolgens schrijf je op een blaadje voor iedere dag 3 zinnen op. Kijk naar het voorbeeld onderaan de opdracht.
Neem het blaadje de volgende les mee!
Lernen: Wörter Lektion 4 + 5, Seite 52/53. NL-DU und DU-NL