Unit 3.3 Expressions/ Future review

Unit 3 Kenya
Unit 3
Kenya
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Unit 3 Kenya
Unit 3
Kenya

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Today:
  1. Welcome & lesson goals (5 minutes)


  2. Paragraph 3.3: Speaking
  3. Review grammar future (quizziz)
  4. TASK (20 minutes)
  5. End of lesson (5 minutes)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesson goals
Students know:

  • how to start a conversation
  • say something is (not) near, 
  • how to guess and speculate 
  •  talk about habits.
Test their knowledge on the future tense

    Slide 3 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Review: Future Tense
    Review the different future tenses and their uses.

    Slide 4 - Tekstslide

    Summarize the lesson and ask students to share their own examples.
    Future tense / toekomende tijd

    • Present simple: The bus leaves at 4pm.
    • Present continuous: I'm leaving for Rome.
    • to be going to: She's going to move back home this summer.
    • will/shall + hele werkwoord: I wil live in Italy one day.



    Slide 5 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    4 ways to use the Future tense
    Present simple
    fixed time 
    (volgens rooster)
    The bus leaves at 6.
    Present continuous
    dingen gaan zeker gebeuren
    I'm leaving for Paris tomorrow.
    to be going to
    plan gemaakt, afspraak nog niet
    We're going to watch 
    a film this weekend.
    will/shall
    nog geen plan
    je doet een voorstel
    She'll become a lawyer once.
    Shall I bring you a drink?

    Slide 6 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Samengevat
    Vier manieren om de toekomende tijd aan te geven:
    1. Present simple: volgens een (tijd)schema/rooster
    2. Present continuous: gaat zeker gebeuren, is geregeld.
    3. To be going to: plan of voorspelling met bewijs
    4. Will: belofte, besluit, aanbod of voorspelling zonder bewijs

    Slide 7 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    fill in the future
    I promise I _____ (call) you tonight
    A
    am going to call
    B
    will call
    C
    call

    Slide 8 - Quizvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    Je hebt een feestje georganiseerd voor volgende week. Welke vorm van de future gebruik je?
    A
    We have a party next week.
    B
    We are having a party next week.
    C
    We will have a party next week.
    D
    We are going to have a party next week.

    Slide 9 - Quizvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    Vul de juiste vorm van de future in:
    Look at those clouds! It ....... (rain)
    A
    will rain
    B
    is going to rain
    C
    is raining
    D
    rains

    Slide 10 - Quizvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    When do you use the future tense with will?
    A
    When you talk about your plans in the future
    B
    When you promise something about the future.

    Slide 11 - Quizvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    Slide 12 - Video

    Deze slide heeft geen instructies

    Pair work (5 minutes)
    • Write down 2 positive and 2 negative aspects of living in a tiny house. Compare your answers with a classmate.

    • How much room would you need? What kind of house would you prefer? Discuss with your classmate.

    Slide 13 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Strategy: keep a conversation going! pg 107
    Ex 3b

    Slide 14 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    TASK
    Paragraph 3.3
    keep the conversation going

    • Exercise 2, 3, 4 , 5 and 6 .

    Finished? Start with your homework

    Do: unit 3.4 - Ex 1 - 6. pg. 111 - 116.

    Slide 15 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Check homework
    Do: unit 3.4 - Ex 1 -  6. pg. 111 - 116.

    Slide 16 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies