Voortplanting bij Planten en Dieren

Thema 6.
Voortplanting bij Planten en Dieren
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, k, t, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Thema 6.
Voortplanting bij Planten en Dieren

Slide 1 - Tekstslide

§1. Bloemen
Leerdoel:
6.1.1 Je kunt de delen van een bloem benoemen met hun kenmerken en functies.

Slide 2 - Tekstslide

Functie van bloemen
Bloemen zijn organen van planten. De functie van bloemen is voortplanten.
Voor voortplanting is een mannelijk een een vrouwelijk organisme nodig.

Slide 3 - Tekstslide

Tekening van een bloem
We maken gezamenlijk een tekening van een bloem met de namen.

Slide 4 - Tekstslide

§1. Bloemen
De meeldraden zijn de mannelijke voortplantingsorganen van een plant.

De stamper is het vrouwelijke voortplantingsorgaan van een plant.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

§1. Bloemen
Als de bloem nog in de knop zit, beschermen kelkbladeren de bloem tegen uitdroging en kou.

De functie van grote en opvallend gekleurde kroonbladeren is het lokken van insecten, die zorgen voor bestuiving.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

§2. Bestuiving
Leerdoelen:
6.2.2 Je kunt beschrijven wat bestuiving is.
6.2.3 Je kunt het verschil benoemen tussen kruisbestuiving en zelfbestuiving.
6.2.4 Je kunt de kenmerken noemen van insectenbloemen en van windbloemen.

Slide 9 - Tekstslide

§2. Bestuiving

          

        Veel bloemen maken nectar.  
Nectar is een zoet sap dat insecten aantrekt. 
Bijen maken er bijvoorbeeld honing van.



Slide 10 - Tekstslide

§2. Bestuiving
Wanneer insecten het nectar ophalen blijft er stuifmeel van de meeldraden aan de insecten hangen.  Dit smeren ze dan vervolgens weer op een stamper.

Het overbrengen van stuifmeel van een meeldraad op een stempel heet bestuiving.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

§2. Bestuiving

Slide 14 - Tekstslide

§2. Bestuiving
Bloemen waarbij insecten voor de bestuiving zorgen, heten insectenbloemen

Bij windbloemen zorgt de wind voor de bestuiving. 
Windbloemen hoeven dus geen insecten aan te trekken. Windbloemen zijn daarom vaak klein, onopvallend gekleurd en ruiken niet lekker.

Slide 15 - Tekstslide

Windbloem
Insectenbloem

Slide 16 - Tekstslide

§3. Bevruchting
Leerdoelen:
6.3.5 Je kunt beschrijven hoe de bevruchting bij zaadplanten verloopt.


6.3.6 Je kunt de veranderingen in het zaadbeginsel na bevruchting beschrijven.

Slide 17 - Tekstslide

Wat gebeurt er bij "bestuiving"?

Slide 18 - Open vraag

§3. Bevruchting
Het overbrengen van stuifmeel van een meeldraad op een stempel heet bestuiving.

Het samensmelten van de kern van een mannelijke geslachtscel met de kern van een vrouwelijke geslachtscel noem je bevruchting.

Slide 19 - Tekstslide

Van bestuiving...
...tot bevruchting

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide