Signaalwoorden

Signaalwoorden
Signalwörter
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Signaalwoorden
Signalwörter

Slide 1 - Tekstslide

Wat doen signaalwoorden?
Signaalwoorden geven een verband aan tussen zinnen of alinea's.

Zo'n verband kan zijn
*tegenstelling *voorbeeld*
*voorwaarde *reden/oorzaak *



Slide 2 - Tekstslide

Noem zoveel mogelijk
signaalwoorden.

Slide 3 - Woordweb

jedoch
A
echter
B
daarbij
C
hoewel

Slide 4 - Quizvraag

Übersetze: also

Slide 5 - Open vraag

schließlich
A
daarentegen
B
desalniettemin
C
tenslotte

Slide 6 - Quizvraag

Michael hat kein Geld ... auch keine Arbeit.
A
sondern
B
und
C
oder

Slide 7 - Quizvraag

Er sucht zwar eine Arbeit, ... er findet keine.
A
aber
B
weil
C
also

Slide 8 - Quizvraag

... er täglich die Stellenanzeigen liest, findet er keine passende Stelle.
A
Jedoch
B
Obwohl
C
Zusätzlich

Slide 9 - Quizvraag

Mach es dir leicht:
Du kannst Signalwörter markieren, damit du sie einfach wiederfindest.


Slide 10 - Tekstslide