31-1 Grammatica zinsontleden

Grammatica
Welkom!
Ga zitten en start je laptop alvast op.
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1-3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Grammatica
Welkom!
Ga zitten en start je laptop alvast op.

Slide 1 - Tekstslide

Hoe vind je het werkwoordelijk gezegde in een zin?

Slide 2 - Open vraag

Wat zijn de werkwoorden in deze zin?

Hij is vandaag laat thuisgekomen.

Slide 3 - Woordweb

Wat is de persoonsvorm in deze zin?

Hij is vandaag laat thuisgekomen.

Slide 4 - Woordweb

Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?

Hij is vandaag laat thuisgekomen.

Slide 5 - Woordweb

Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?

De jongen heeft hard gerend.

Slide 6 - Woordweb

Wat voor soort woord is een persoonsvorm?
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
lidwoord
D
bijvoeglijk naamwoord

Slide 7 - Quizvraag

Hoe kan je de persoonsvorm vinden?

Slide 8 - Open vraag

Wat is de persoonsvorm in de zin?
persoonsvorm
Piet
drinkt
een blikje cola
in de pauze

Slide 9 - Sleepvraag

Wat is het werkwoordelijk gezegde in de zin?
werkwoordelijk gezegde
Piet
drinkt
een blikje cola
in de pauze

Slide 10 - Sleepvraag

Wat is het werkwoordelijk gezegde in de zin?
werkwoordelijk gezegde
Piet
heeft
een blikje cola
in de pauze
gedronken

Slide 11 - Sleepvraag

Wat geeft het onderwerp in een zin aan?
A
Geeft aan dat er iets gebeurt.
B
Geeft aan wie of wat iets doet.
C
Geeft alle werkwoorden in een zin aan.

Slide 12 - Quizvraag

Wat is het onderwerp?
Het onderwerp
Piet
drinkt
een blikje cola
in de pauze

Slide 13 - Sleepvraag

werkwoordelijk gezegde
heeft
De man
mooie, grote, rode rozen
gekocht 
om zeven uur 's ochtends
op de markt
voor zijn moeder

Slide 14 - Sleepvraag

het onderwerp
heeft
De man
mooie, grote, rode rozen
gekocht 
om zeven uur 's ochtends
op de markt
voor zijn moeder

Slide 15 - Sleepvraag

het lijdend voorwerp
heeft
De man
mooie, grote, rode rozen
gekocht 
om zeven uur 's ochtends
op de markt
voor zijn moeder

Slide 16 - Sleepvraag

bijwoordelijke bepaling
heeft
De man
mooie, grote, rode rozen
gekocht 
om zeven uur 's ochtends
op de markt
voor zijn moeder

Slide 17 - Sleepvraag

werkwoordelijk gezegde
Mijn iPad
heb
ik
het tweede uur
aan Joey
uitgeleend.

Slide 18 - Sleepvraag

onderwerp
Mijn iPad
heb
ik
het tweede uur
aan Joey
uitgeleend.

Slide 19 - Sleepvraag

lijdend voorwerp
Mijn iPad
heb
ik
het tweede uur
aan Joey
uitgeleend.

Slide 20 - Sleepvraag

bijwoordelijke bepaling
Mijn iPad
heb
ik
het tweede uur
aan Joey
uitgeleend.

Slide 21 - Sleepvraag

Nu werken aan grammatica in de Nederlands methode!

Slide 22 - Tekstslide