Op een bepaalde vliegroute gelden de volgende vraagfunctie en aanbodfunctie
Qv=-0,5P+80
Qa=P-40
P= prijs in €
Qv/Qa= het aantal gevraagde/aangeboden tickets x1.000
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Economie Middelbare schoolhavoLeerjaar 4
In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Opgave 3.16
Op een bepaalde vliegroute gelden de volgende vraagfunctie en aanbodfunctie
Qv=-0,5P+80
Qa=P-40
P= prijs in €
Qv/Qa= het aantal gevraagde/aangeboden tickets x1.000
Slide 1 - Tekstslide
Bereken met behulp van de Qa en Qv de evenwichtsprijs (marktprijs) die tot stand komt. Qv=-0,5P+80 Qa=P-40
Slide 2 - Open vraag
Qv=Qa
-0,5P+80 =P-40
-0,5P+120=P
120=1,5P
120/1,5=80
Evenwichtsprijs= €80
Slide 3 - Tekstslide
Bereken met behulp van de evenwichtsprijs de evenwichtshoeveelheid
Slide 4 - Open vraag
Bereken met behulp van de evenwichtsprijs de evenwichtshoeveelheid
Evenwichtsprijs is €80
Qv= -0,5*80+80= 40
==> 40.000 tickets
Qa=80-40=40
==>40.000 tickets
Slide 5 - Tekstslide
Bereken met behulp van de evenwichtsprijs en de evenwichtshoeveelheid de evenwichtsomzet
Slide 6 - Open vraag
Evenwichtsomzet
TO=P*Q
80*40.000=€3.200.000
Slide 7 - Tekstslide
Het gevolg van een heffing
De overheid besluit om kerosine te gaan belasten met een heffing. De hoogte van de heffing is €6 per ticket.
Hierdoor verschuift de aanbodlijn
Slide 8 - Tekstslide
Verschuift de aanbodlijn hierdoor naar rechts of naar links?
A
Rechts
B
Links
Slide 9 - Quizvraag
Bereken met behulp van de Qa en Qv de evenwichtsprijs (marktprijs) die tot stand komt. Qv=-0,5P+80 Qa=P-46
Slide 10 - Open vraag
Qv=Qa
-0,5P+80 =P-46
-0,5P+126=P
126=1,5P
126/1,5=84
Evenwichtsprijs= €84
Slide 11 - Tekstslide
Bereken met behulp van de evenwichtsprijs de evenwichtshoeveelheid
Slide 12 - Open vraag
Bereken met behulp van de evenwichtsprijs de evenwichtshoeveelheid
Evenwichtsprijs is €84
Qv= -0,5*84+80= 38
==> 38.000 tickets
Qa=84-40=38
==>38.000 tickets
Slide 13 - Tekstslide
Bereken de heffing die de overheid binnen krijgt.
Slide 14 - Open vraag
Bereken de heffing die de overheid binnen krijgt.
6*38.000=€228.000
Slide 15 - Tekstslide
Door de heffing van €6 is de prijs gestegen. De prijs is met minder dan €6 gestegen. Namelijk maar met €4. De heffing wordt dus niet helemaal doorberekend aan de consumenten.
Slide 16 - Tekstslide
Hoeveel % van de heffing is doorberekend aan de consument?
Slide 17 - Open vraag
Hoeveel % van de heffing is doorberekend aan de consument?
De heffing was €6
De prijs stijgt met €4
4/6*100=66,7%
Slide 18 - Tekstslide
Wordt het totale surplus groter of kleiner door de verschuiving van de aanbodlijn?