week 48 Tweede kamer verkiezingen Woordenschat niveau B 2023

week 48 
Tweede kamer verkiezingen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsBasisschoolVoortgezet speciaal onderwijsSpeciaal OnderwijsLeerroute 1Groep 5-8Leerjaar 1,2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

week 48 
Tweede kamer verkiezingen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Ik ken de 10 woorden uit de Nieuwsbegriples van vorige week, over de Tweede Kamer verkiezingen.  Ik weet wat de woorden betekenen. 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Hoeveel zetels zijn er in de Tweede Kamer? Vul alleen het getal in.

Slide 4 - Open vraag

Hoeveel partijen doen er mee aan de Tweede Kamerverkiezing? 
25
26
24

Slide 5 - Sleepvraag

Denk je dat je een zes of hoger gaat halen voor de woordenschattoets aanstaande vrijdag?

Slide 6 - Open vraag

Wat betekent bij voorkeur?
Armin gaat bij voorkeur op vrijdagmiddag boodschappen doen
A
bijna altijd
B
het liefst
C
liever niet

Slide 7 - Quizvraag

Wat betekent leveren? Cora levert heel goed werk.
A
vinden
B
geven
C
kennen

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent op basis van? Op basis van de les moet je iets kunnen vertellen over de Tweede Kamer verkiezingen
A
vergeleken met
B
zonder
C
volgens

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent definitief? Jip kreeg definitief voor haar toets een 5.
A
iets wat niet meer verandert
B
kan nog verandert worden
C
haar toets moet nog nagekeken worden

Slide 10 - Quizvraag

Wat betekent stemmen? Op woensdag 22 november heeft iedereen in Nederland gestemd.
A
overleggen
B
nadenken
C
kiezen

Slide 11 - Quizvraag

Wat betekent het standpunt? Esra heeft een ander standpunt dan Martijn.
A
de keuze
B
de mening
C
de vraag

Slide 12 - Quizvraag

Wat betekent in principe? In principe hoef je je schoenen op school niet uit te doen.
A
normaal gesproken
B
zonder twijfel
C
voorlopig

Slide 13 - Quizvraag

Wat betekent de uitgebrachte stem? De uitgebrachte stemmen bepalen wie er wint
A
de mening over het onderwerp
B
de gemaakt keuze
C
de toestemming

Slide 14 - Quizvraag

Wat betekent de politieke partij. Pieter Omtzigt zit bij de partij: nieuw sociaal contract.
A
een groep mensen die niet dezelfde ideeën hebben over ons land
B
mensen die iets willen veranderen
C
de groep mensen met dezelfde ideeën in het land

Slide 15 - Quizvraag

Wat betekent namens? Beterschap namens onze hele klas!
A
op bevel van
B
vergeleken met
C
uit naam van

Slide 16 - Quizvraag