Verschil van de / op de / op
... van de ... een deel/aantal van de gehele groep
Voorbeeld: 4 van de 10 deelnemers gaan door naar de finale (10 deelnemers in totaal)
... op de ... geeft een verhouding weer die geldt voor de hele groep.
Voorbeeld: 1 op de 4 weggebruikers heeft last van rijangst (25% van de weggebruikers)
... op ... verhouding tussen delen (vaak bij vloeistof) of verhouding bij verschillende grootheden (bijvoorbeeld bij brandstofgebruik)
Voorbeeld: 1 deel siroop op 4 delen water (5 delen in totaal)
1 op 25 (verbruik benzine)