In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Welkom bij...
Schooljaar 2022 - 2023
Slide 1 - Tekstslide
Deze les:
- Terugblik 1.2 (gezamenlijk in Lessonup)
- Terugblik 1.2 practicum
- Introductie leerdoelen 1.3
- Zelfstandig bezig
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen 1.2
1. Ken je de vier organen en taken van een plant? 2. Kun je de zes onderdelen van een plantencel benoemen met hun bijbehorende taak? 3. Kun je aangeven hoe kruidachtige planten en houtachtige planten aan hun stevigheid komen en daarbij een voorbeeldplant noemen? 4. Ken je het voorbeeld van de grootste en kleinste plant?
boek blz
18 - 24
Slide 4 - Tekstslide
Welke onderdelen van de plantencel worden hier aangegeven?
Celwand
Celkern
Bladgroenkorrel
Cytoplasma
Vacuole
Slide 5 - Sleepvraag
Wat is de functie van de vacuole? Sleep het juiste antwoord naar het vinkje
Stroperige vloeistof waarin alle celorganellen liggen
Bepaalt welke stoffen de cel in en uit mogen
Regelt wat er in de cel gebeurt
Met vocht gevuld blaasje dat stevigheid geeft aan de cel
Geeft stevigheid
Slide 6 - Sleepvraag
Bekijk de afbeelding hiernaast (klik erop).
Leg uit of dit een kruidachtige of houtachtige plant is.
Slide 7 - Open vraag
Microscoop: Plantencel
Opdracht:
Teken minimaal 3 plantencellen. Benoem van 1 cel alle onderdelen die je ziet.
Lever je werk in.
Teken plantencel
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Leerdoelen 1.3
1. Ken je de bouw van een dier van groot naar klein (van organisme tot cel)
en kun je er een voorbeeld bij geven?
2. Ken je de drie onderdelen van een dierlijke cel benoemen met hun
bijbehorende taak?
3. Kun je het grootste en kleinste dier noemen?
boek blz
25 - 30
Slide 10 - Tekstslide
. Ken je de bouw van een dier van groot naar klein (van organisme tot cel) en kun je er een voorbeeld bij geven?
boek blz
26
Slide 11 - Tekstslide
Zet de juiste woorden en plaatjes bij elkaar, ga van groot naar klein.
Woord
Plaatje
orgaan
weefsel
organimse
cel
organen-
stelsel
Slide 12 - Sleepvraag
.2. Ken je de drie onderdelen van een dierlijke cel benoemen met hun bijbehorende taak?
boek blz
29
Slide 13 - Tekstslide
De dierlijke cel bestaat uit een celmembraam, cytoplasma en een celkern.
Wat is de functie van de 3 onderdelen?
Slide 14 - Open vraag
Slide 15 - Video
Welke onderdelen komen wel in een plantencel en niet in een dierlijke-cel voor?
Slide 16 - Open vraag
Juna zegt: Doordat de celwand zo stevig is is een plant moeilijk te verteren en moet een koe er lang op kauwen.
Tigo zegt: De koe kan gras verteren omdat er bacteriën, schimmels en eencellige diertjes in zijn magen helpen om de celwand af te breken.