brandstof en milieu

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

wat gaan jullie doen
  • 5.3 
  • waarom wordt het op aarde steeds warmer
  •  nadelen van fossiele brandstoffen

Slide 2 - Tekstslide

wat zijn fossiele brandstoffen

Slide 3 - Open vraag

Hoe ziet de reactie eruit van een volledige verbranding?

Slide 4 - Open vraag

Is dit een natuurlijke proces of een chemische reactie en waarom?

Slide 5 - Open vraag

broeikaseffect 
koolstofdioxide in de dampkring straalt de warmtestraling van de aarde terug --> broeikaseffect

Er wordt steeds meer brandstof verbrandt dus steeds meer koolstofdioxide in de lucht, dus de aarde wordt alleen maar warmer --> versterkt broeikaseffect

Slide 6 - Tekstslide

waardoor ontstaat het versterkte broeikaseffect?
A
de zon straalt steeds meer warmtestraling af
B
er komen steeds meer broeikasgassen in de atmosfeer
C
er komen steeds meer broeikassen in Nederland
D
het gat in de ozonlaag wordt steeds groter

Slide 7 - Quizvraag

nadelen van fossiele brandstoffen
fossiele brandstoffen vaak onvolledig verbrandt 

- koolstofmono-oxide ( zeer giftig, reukloos en kleurloos gas)

- roet ( fijnstof  gevaarlijk voor de gezondheid vooral de luchtwegen)

andere nadelen

- aardgas uit de bodem halen ( bodem zakt in, aardschokken denk aan  Groningen )

- thermische verontreiniging ( opgewarmd koelwater wordt geloosd in oppervalkte water, bevat minder zuurtstof slecht voor vissen en waterdieren) 

- zure regen ( luchtverontreiniging met zure stoffen, stikstofdioxide en zwaveldioxide, de regen tast bomen, dieren en gebouwen aan) 

Slide 8 - Tekstslide

zure regen
koelwater
koolstofmono-oxide
aardgaswinning

roet

zuurstofarm
zwart
thermische verontreiniging

giftig
tastgebouwen aan 
kleurloos
veroorzaakt aardbevingen
schadelijk voor luchtwegen

Slide 9 - Sleepvraag

John werkt aan zijn scooter in zijn garagebox. Hij laat een tijdje zijn scooter stationair draaien om te horen of zijn motor goed loopt.
Welk risico loopt John en wat kan hij daaraan doen?

Slide 10 - Open vraag

opgave 14 uit je werkboek blz. 57

Slide 11 - Open vraag

opgave 15 uit je werkboek blz. 57

Slide 12 - Open vraag

opgave 17 uit je werkboek blz. 58

Slide 13 - Open vraag

opgave 18 uit je werkboek blz. 58

Slide 14 - Open vraag