Samenvatting H4 Werkt dat zo / leerjaar 4

Hoofdstuk 4
Werkt dat zo?
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4
Werkt dat zo?

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Video

Geschoold of ongeschoold werk
Voor geschoold werk moet je een diploma behalen. 
Los de volgende vragen op:

Slide 4 - Tekstslide

Vakkenvuller
A
Geschoold werk
B
Ongeschoold werk

Slide 5 - Quizvraag

Verpleegkundige
A
Geschoold werk
B
Ongeschoold werk

Slide 6 - Quizvraag

Vrachtwagenchauffeur
A
Geschoold werk
B
Ongeschoold werk

Slide 7 - Quizvraag

Verpleegkundige
A
Geschoold werk
B
Ongeschoold werk

Slide 8 - Quizvraag

Inpakker
A
Geschoold werk
B
Ongeschoold werk

Slide 9 - Quizvraag

Boekhouder
A
Geschoold werk
B
Ongeschoold werk

Slide 10 - Quizvraag

Arbeidswetten
- Wettelijk minimumloon 
- Minimumjeugdloon (% van minimumloon)

Overheid beschermt werknemers met wetten:
- Arbeidstijdenwet 
- Arbowet 

Slide 11 - Tekstslide



Arbeidsmarkt

Slide 12 - Tekstslide

Vraag naar arbeid
Vraag naar arbeid komt van de werkgever!

Slide 13 - Tekstslide

Is er sprake van vraag naar of aanbod van arbeid.
Sleep de woorden naar de juiste afbeelding.
werknemer
werkgever
aanbod van arbeid
vraag naar arbeid

Slide 14 - Sleepvraag

Sleep de woorden naar de juiste afbeelding.
Overschot op de arbeidsmarkt
Tekort op de arbeidsmarkt
Veel aanbod van arbeid
Weinig aanbod van arbeid
Veel vraag naar arbeid
Weinig vraag naar arbeid
Hoge lonen
Werkloosheid

Slide 15 - Sleepvraag

Krappe arbeidsmarkt
Krappe arbeidsmarkt (tekort) = meer vraag dan aanbod
Ruime arbeidsmarkt (overschot) = meer aanbod dan vraag

Slide 16 - Tekstslide

Krappe arbeidsmarkt      

Slide 17 - Tekstslide

Is hier een krappe of ruime arbeidsmarkt?
A
Ruime arbeidsmarkt
B
Krappe arbeidsmarkt

Slide 18 - Quizvraag

Arbeidsverdeling
  • Deeltijdarbeid
  • Kinderopvangtoeslag
Door deze handelingen is de arbeidsparticipatie van vrouwen de afgelopen decennia toegenomen. 

Slide 19 - Tekstslide

Voordelen van werk
  • Om carrière te maken of jezelf te ontwikkelen
  • Voor regelmaat in je leven
  • Om nuttig bezig te zijn
  • Voor de sociale contacten

Slide 20 - Tekstslide

zwart werk
wit werk
grijs werk

Slide 21 - Sleepvraag

Werknemersverzekeringen:
WW = voor werlozen
WIA = voor arbeidsongeschikten

Slide 22 - Tekstslide

opzegtermijn
Opzegtermijn is de tijd tussen het moment waarop je ontslag neemt of krijgt, en de einddatum van je baan.

Als je bent ontslagen en het lukt je niet een nieuwe baan te vinden krijg je meestal een uitkering volgens de werkloosheidwet (WW-uitkering).

Slide 23 - Tekstslide

Wat houdt de transitievergoeding in?
A
Alle werknemers hebben na een arbeidsovereenkomst van ten minste twee jaar, waarnaar ontslag volgt, recht op transitievergoeding.
B
Transitievergoeding geldt alleen voor medewerkers met contracten voor onbepaalde tijd.
C
De transitievergoeding is een vergoeding na ontslag die zowel voor werknemers als zelfstandig ondernemers geldt.
D
Alle medewerkers die een tijdelijk contract hebben dat niet verlengd wordt, hebben recht op een transitievergoeding.

Slide 24 - Quizvraag

Verborgen werkloosheid 

Slide 25 - Tekstslide

Hier ga je heen als je werkloos bent. 
Je hebt geen werk, maar wilt wel graag werken. 
UWV
Werkloos
Vacature

Slide 26 - Sleepvraag

Als je werkloos bent, kun je je inschrijven bij ……………. . 
Als je officieel werkloos bent, maar je bent niet geregistreerd, dan ben je een ……………………….. werkloze
Als je werkloos bent geraakt omdat consumenten wegens een slechte economie weinig kochten, dan heet dat ……………………. Werkloosheid
UWV 
VERBORGEN
CONJUNCTURELE

Slide 27 - Sleepvraag