In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
simple past uitleg 1
* Vragen
* Ontkenningen
Slide 1 - Tekstslide
Doel: aan het eind van deze les
* weet je hoe je een vraag en een ontkenning moet maken in de simple past
* kan je vragen en ontkenningen maken in de simple past
Slide 2 - Tekstslide
Hoe maak je een ontkenning in de simple past?
Slide 3 - Open vraag
Hoe maak je een vraag in de simple past?
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Video
simple past - vragen
Bij vragen heb je weer een hulpwerkwoord nodig.
Bij de past simple is datDID
Hoe?
DID +Persoon + werkwoord(GEEN -ED achter het werkwoord!!!!)
Didyouwalk to school yesterday?
Did hegoon holiday last year?
Slide 6 - Tekstslide
....... the man ........ the accident yesterday?
A
does - see
B
did - see
C
did - saw
D
has - seen
Slide 7 - Quizvraag
......... the girl ...... her mother an hour ago?
A
does - help
B
did - helped
C
did - help
D
has - helped
Slide 8 - Quizvraag
....... the woman ...... in a tent last night?
A
did - slept
B
did - sleep
C
has - slept
D
did - sleeped
Slide 9 - Quizvraag
Maak vragend: He went to Paris last week
Slide 10 - Open vraag
Maak vragend: The man saw an accident in the park
Slide 11 - Open vraag
Maak vragend: He kept the rabbit in a cage
Slide 12 - Open vraag
Maak vragend: He had an accident last week
Slide 13 - Open vraag
Maak vragend: It was our first day in the mountains
Slide 14 - Open vraag
Maak vragend: we did our homework last night
Slide 15 - Open vraag
maak vragend: I became a teacher two years ago
Slide 16 - Open vraag
LET OP!!
Wanneer er in de NL zin een voltooide tijd gebruikt wordt met een signaalwoord van de verleden tijd dan MOET je in het Engels ALTIJD de SIMPLE PAST gebruiken!!
* Hij heeftgisteren een nieuwe jas gekocht
*He bought a new coatyesterday
Slide 17 - Tekstslide
Is Peter gisteren naar London geweest?
A
Has Peter been
B
Did Peter went
C
Did Peter go
Slide 18 - Quizvraag
Zijn zij vorige week naar een musical geweest?
A
Have they been
B
did they went
C
did they go
D
have they gone
Slide 19 - Quizvraag
Heeft zij vorige week de kaartjes gekocht?
A
bought she
B
buyed she
C
has she bought
D
did she buy
Slide 20 - Quizvraag
Heeft zij hem vorige week gezien?
A
has she seen
B
did she saw
C
did she seen
D
did she see
Slide 21 - Quizvraag
Maak ontkennend: He did a very easy job an hour ago
Slide 22 - Open vraag
ontkenningen
* bij ontkenningen met 1 werkwoord gebruik je het hulpwerkwoord DID
*je zet didn't vóór het werkwoord
* na didn't komt ALTIJD het hele werkwoord
I went to London
I didn't go to London
Slide 23 - Tekstslide
maak ontkennend: The police caught the criminal
Slide 24 - Open vraag
maak ontkennend: The little boy fell into the water
Slide 25 - Open vraag
Maak vragend: We were very glad when we won the cup
Slide 26 - Open vraag
Maak vragend: Mother laid the table
Slide 27 - Open vraag
maak vragend: Tom and Tim left an hour ago
Slide 28 - Open vraag
maak vragend: They led the way to the hospital
Slide 29 - Open vraag
Maak vragend: I saw a stranger at the town hall
Slide 30 - Open vraag
maak vragend: She lit the candles
Slide 31 - Open vraag
Maak vragend: the sun rose in the east
Slide 32 - Open vraag
maak ontkennend: I lost my keys
Slide 33 - Open vraag
maak ontkennend: She lay in the sun this morning
Slide 34 - Open vraag
Maak ontkennend: My mother made a delicious apple pie
Slide 35 - Open vraag
maak vragend: We went to London two years ago
Slide 36 - Open vraag
Maak vragend: We wrote a letter to our grandmother
Slide 37 - Open vraag
maak vragend: we were at home last night
Slide 38 - Open vraag
Maak vragend: we had a wonderful time
Slide 39 - Open vraag
Maak vragend: We were extremely lucky today
Slide 40 - Open vraag
maak vragend: The boys stood in the doorway
Slide 41 - Open vraag
Schrijf 3 dingen op die je in deze les hebt geleerd
Slide 42 - Open vraag
Wat vind je nog lastig? Wat snap je nog niet zo goed?
Slide 43 - Open vraag
extra oefeningen
Maak je nog te veel fouten en/of wil je extra oefenen, klik dan op de volgende dia's