Thema 2: organellen, het celmembraan, start diffusie en osmose

Welkom V4!
1. Testje: wat weet je nog over de cel?
2. uitleg en aantekeningen: het celmembraan en transport
3: opdrachten

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom V4!
1. Testje: wat weet je nog over de cel?
2. uitleg en aantekeningen: het celmembraan en transport
3: opdrachten

Slide 1 - Tekstslide

Is dit een dierlijke of plantaardige cel?
A
Dierlijke cel
B
Plantaardige cel

Slide 2 - Quizvraag


Wat is onderdeel B?
A
Bladgroenkorrel
B
Ribosoom
C
Celkern
D
Mitochondrium

Slide 3 - Quizvraag


Wat is onderdeel E?
A
Ruw endoplasmatisch reticulum
B
Glad endoplasmatisch reticulum
C
Golgisysteem
D
Transportblaasje

Slide 4 - Quizvraag

Waar vindt verbranding plaats?
A
In onderdeel B
B
In onderdeel E
C
In onderdeel F
D
In onderdeel B, E en F

Slide 5 - Quizvraag

Welke organellen zijn betrokken bij de eiwitsynthese?
A
Onderdeel B
B
Onderdeel E
C
Onderdeel F
D
Onderdeel E en F

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Welke eigenschap van het celmembraan is juist?
A
Alle stoffen kunnen het celmembraan passeren
B
Geen enkele stof kan het celmembraan passeren
C
Sommige stoffen kunnen het celmembraan passeren
D
Alleen water kan het celmembraan passeren

Slide 10 - Quizvraag

Celmembraan
Het celmembraan is semipermeabel
sommige stoffen kunnen er wel doorheen en andere niet.

 

Slide 11 - Tekstslide

Stel: de paarse bolletjes kunnen kunnen vrij door het membraan bewegen.


Wat is de concentratie paarse bolletjes links en rechts na een lange periode?
A
links: 3% rechts: 9%
B
links: 6% rechts: 6%
C
links: 9% rechts: 3%
D
links: 5% rechts: 7%

Slide 12 - Quizvraag

Diffusie
Stoffen verplaatsen zich altijd van de plek met de hoogste concentratie naar een plek met de laagste concentratie

Slide 13 - Tekstslide

Stel: de blauwe bolletjes kunnen kunnen niet door het membraan bewegen.


Wat is de concentratie blauwe bolletjes links en rechts na een lange periode?
A
links: 3% rechts: 9%
B
links: 6% rechts: 6%
C
links: 9% rechts: 3%
D
links: 5% rechts: 7%

Slide 14 - Quizvraag

Stel: de blauwe bolletjes kunnen kunnen niet door het membraan bewegen.


Wat gebeurd er met de hoeveelheid oplosmiddel links en rechts?
A
links: meer oplosmiddel rechts: minder oplosmiddel
B
links: minder oplosmiddel rechts: meer oplosmiddel
C
links: evenveel oplosmiddel rechts: evenveel oplosmiddel
D

Slide 15 - Quizvraag

Osmose
Water verplaatst zich altijd van de plek met de hoogste concentratie water naar de plek met de laagste concentratie water. 

Slide 16 - Tekstslide

Osmose: verplaatsing van water zodat de waterconcentratie overal gelijk wordt

Slide 17 - Tekstslide

Osmotische waarde:
Concentratie van de opgeloste stoffen in een vloeistof

Slide 18 - Tekstslide

Aantekening: plasmolyse en turgor

Slide 19 - Tekstslide

Opdrachten
t/m 52

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Transport door het membraan
1. Passief transport: met de concentratiegradiënt mee (met of zonder transporteiwitten)

2. Actief transport: tegen de concentratiegradiënt in. Kost altijd energie! Altijd met behulp van transporteiwitten

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Opdrachten
opdracht 40-45

Slide 25 - Tekstslide