7/8 Emma Welkom
1 / 28
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Waarom moest regentes Emma
8 jaar regeren?
8 jaar regeren?
A
Haar man was ziek
B
Zij wilde meer macht
C
Wilhelmina was te jong
D
Door stemrecht
Slide 2 - Quizvraag
Wie is de eerste vorst in Nederland?
A
Koningin Emma
B
Napoleon Bonaparte
C
Koning Willem I
D
Karel V
Slide 3 - Quizvraag
Koningin Emma werd in 1815 gekroond.
A
ja
B
nee
Slide 4 - Quizvraag
Wie volgde in 1840 koning Willem I op?
A
Koning Willem-Alexander
B
Koning Willem II
C
Koning Willem III
D
Koningin Emma
Slide 5 - Quizvraag
Waarom is de kleur ORANJE symbolisch voor ons land en ons koningshuis?
A
Omdat dit de lievelingskleur was van koningin Emma.
B
Want het eerste Nederlands elftal had deze kleur tenue.
C
Omdat Willem I (prins van Oranje) de eerste koning van Nederland was
D
Omdat dit de bovenste kleur van onze vlag was.
Slide 6 - Quizvraag
Hoeveel jaar leeftijdsverschil zat er tussen Koning Willem III en Koningin Emma?
A
51 jaar
B
41 jaar
C
31 jaar
D
21 jaar
Slide 7 - Quizvraag
Welke koning/koningin wilde de macht weer terug
A
Willem II
B
Willem III
C
Emma
D
Wilhelmina
Slide 8 - Quizvraag
Wat was de bijnaam van koning Willem III?
A
De leeuwenkoning
B
Koning Aap
C
Koning Gorilla
D
Prins Pils
Slide 9 - Quizvraag
Wie was Willem III?
A
De Raadspensionaris
B
Een bestuurder
C
zoon van Willem I
D
De nieuwe stadhouder
Slide 10 - Quizvraag
Wat is dit?
A
De eerste fiets
B
De eerste auto
C
De eerste militaire tank
D
De eerste koets
Slide 11 - Quizvraag
In welke eeuw kwam de eerste fiets?
A
16e eeuw
B
17e eeuw
C
18e eeuw
D
19e eeuw
Slide 12 - Quizvraag
Wat is geen uitvinding uit de 19e eeuw?
A
(gloei)lamp
B
fiets
C
telefoon
D
Koelkast
Slide 13 - Quizvraag
Waarom waren boeren niet blij met de fiets?
A
hij maakte teveel lawaai
B
koeien schrokken en gaven geen melk meer
C
de kippen gingen hierdoor rennen
D
de varkens gingen slapen door de fiets
Slide 14 - Quizvraag
De fiets
is uitgevonden in de IJzeren eeuw ...
is uitgevonden in de IJzeren eeuw ...
A
Ja
B
Nee
Slide 15 - Quizvraag
Hoeveel wielen had de eerste fiets?
A
1
B
3
C
2
D
4
Slide 16 - Quizvraag
In de Grondwet staat dat iedere burger recht heeft op een fiets.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quizvraag
Lees de stelling.
Voordat vrouwen mochten fietsen, moest er eerst een manier gevonden worden waardoor dit op gepaste wijze kon.
Voordat vrouwen mochten fietsen, moest er eerst een manier gevonden worden waardoor dit op gepaste wijze kon.
A
waar
B
niet waar
Slide 18 - Quizvraag
Op de afbeelding zie je een fiets van vroeger. Dit is een....
A
ongeschreven bron
B
geschreven bron
C
geen bron
D
zowel geschreven als ongeschreven bron
Slide 19 - Quizvraag
De herkomst van
Zwarte Piet is...
Zwarte Piet is...
A
een schoorsteenveger
B
bedacht door de tekenaar
C
een kindslaaf die door Sint vrijgekocht werd
D
Een vriend van de Sint
Slide 20 - Quizvraag
Wat hoort niet bij de leefstandigheden van arbeiders?
A
Arbeiders werden niet oud.
B
Besmettelijke ziekten door slechte hygiëne.
C
Luchtvervuiling doordat de huizen bij de fabrieken stonden.
D
Werk in de fabriek was gevaarlijk en ongezond.
Slide 21 - Quizvraag
Wat hoort niet bij de werkomstandigheden van arbeiders?
A
Lage lonen
B
Lange werkdagen
C
Smerige straten, geen riolering, en geen schoon drinkwater
D
Protesteren of demonstreren had weinig zin. Je werd ontslagen.
Slide 22 - Quizvraag
De Arbeiders....
A
Maakte vaak lange dagen in de Fabriek
B
Woonden met veel anderen op een kleine oppervlakte
C
Ziekte, ondervoeding en slecht drinkwater waren de grote problemen waar zij woonden
D
Kregen vaak niet betaald als zij te oud waren om te werken
Slide 23 - Quizvraag
Wat gebeurde er met arbeiders die ziek werden?
A
ze werden ontslagen en kregen geen geld
B
ze kregen ziektegeld en als ze weer beter waren konden ze weer werken
Slide 24 - Quizvraag
Inzetten voor de arbeider
A
Liberalen
B
Katholieken
C
Protestanten
D
Socialisten
Slide 25 - Quizvraag
Wat deden de arbeiders om sterker te staan?
A
Niets
B
Namen allemaal tegelijk ontslag.
C
Richtte vakbonden op.
D
Gingen naar de fabrieksbaas en eiste betere arbeidsomstandigheden.
Slide 26 - Quizvraag
Hoe heette de oma van koning Willem Alexander?
A
Wilhelmina
B
Beatrix
C
Emma
D
Juliana
Slide 27 - Quizvraag
Wie waren de moeder en dochter van koningin Juliana?
A
Emma, Beatrix
B
Emma , Maxima
C
Wilhelmina, Beatrix
D
Emma, Wilhelmina
