7.1/7.2 deel 1

7.1 Ontstaan van de mens
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

7.1 Ontstaan van de mens

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen 7.1
  • Je kan benoemen welke verschillende theorieën er bestaan die het ontstaan van het leven en de soortenrijkdom op aarde verklaren. 
  • Je kan de uitgangspunten van de neodarwinistische evolutietheorie uitleggen. 
  • Je kunt de out of Africa-theorie beschrijven aan de hand van migratiepatronen en haplogroepen.




Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Visies op het ontstaan van leven:

CREATIONISME


Creationisme
- alle levende  wezens zijn door God  geschapen = de schepping
(christendom, jodendom, islam etc.) 
- Soorten veranderen niet, maar blijven zoals ze geschapen zijn. 


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

CATASTROFE-
THEORIE

Catastrofetheorie (Cuvier, 1768-1832)
Paleontoloog (fossielen onderzoek).

Verklaarde de aanwezigheid van
verschillende soorten in verschillende
aardlagen door catastrofes (natuurrampen 
zoals de zondvloed). Er was steeds opnieuw 
weer een schepping door God.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LAMARCKISME
Lamarckisme (Lamarck,1744-1829)
Verworven eigenschappen tijdens het leven
worden doorgegeven aan de volgende
generatie.

Slide 5 - Tekstslide

Soorten zijn NIET onveranderlijk
Lamarckisme
Voorbeeld Giraffe:
Het telkens strekken zou de nek net wat langer maken = grotendeels onjuist

Maar! De ontdekking van epigenetica (5.5) toont aan dat Lamarck niet geheel ongelijk had → de activiteit van genen kan aangepast worden aan levensomstandigheden van een individu en doorgegeven aan nakomelingen (methylering)

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

INTELLIGENT DESIGN
Combineert de evolutietheorie en de schepping. 
Hieronder vallen veel verschillende ideeën die meer richting creationisme of evolutie kunnen liggen, bijv.: 

- Er is een mate van evolutie (soorten veranderen) maar de eerste levensvorm op aarde is geschapen door (een) god. 
- Soorten veranderen door evolutie, maar ingewikkelde structuren, zoals een oog, kunnen niet door toeval zijn ontstaan.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

EVOLUTIETHEORIE
Darwinisme (Darwin, 1809-1882)
Survival of the fittest en Struggle for life in
boek “On the origin of species“.

Evolutie is een proces waarbij erfelijke
eigenschappen binnen een populatie
veranderen in de loop van de generaties als
gevolg van genetische variatie, voortplanting
en natuurlijke selectie.



Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Ontstaan van leven op aarde?
Evolutionair onderzoek heeft wetenschappelijk bewezen dat: 
- Alle levensvormen op aarde zijn ontstaan uit een simpele vooroudersoort (eencellig organisme). 
- Soorten veranderen en nieuwe soorten ontstaan: Door natuurlijke selectie zullen de best aangepaste dieren het meest succesvol zijn in overleven en voortplanten.

Misvatting:
De evolutietheorie doet geen beweringen over hoe de eerste levensvorm op aarde is ontstaan!
Er bestaat wel een hypothese over het ontstaan van leven, chemische evolutie, zie film --->

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Evolutie… is een maar theorie??
In het dagelijks leven wordt met een theorie meer een hypothese bedoeld.     Iets wat waar kan zijn, of niet.

In de wetenschap is een theorie toetsbaar.
Dat betekent dat er bewijs voor gevonden kan worden.


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Andere 
Evolutietheorieën


Evolutietheorie (Wallace , 1823-1913)
Vergelijkbaar met die van Darwin maar hij 
dacht dat er bij de evolutie van de mens wel
ingrijpen van een hoger wezen was geweest.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Andere
Evolutietheorieën

NEODARWINISME 
De theorieën van Mendel (1822-1884) en de 
ontdekking van DNA door Watson en Crick (1950) brachten 
de verklaring voor de theorieën van Darwin.

Best aangepaste organismen meest succesvol in het 
doorgeven van hun genen aan de volgende generatie 
(natuurlijke selectie)






Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Er zijn veel theorieën over het ontstaan van het leven. Zet de volgende theorieën op chronologische volgorde. Begin met de theorie die het langst geleden is ontstaan.
neodarwinisme
Creationisme
Evolutietheorie van Darwin
Evolutietheorie van De Lamarck
Catastrofetheorie

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is evolutie?
Evolutie: Het graduele proces waardoor de huidige diversiteit van  plantaardig en dierlijk leven ontstond uit de vroegste en meest primitieve organismen.

Dit betekent dat de huidige soorten zijn ontstaan uit (gemeenschappelijke) voorouders.





Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evolutie - tree of life

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Evolutietheorie - Stap 1
Iedereen is een beetje anders:
- Langer
- Puntigere snavel
- Dikker verenpak
- Mooiere vlekken
- Kleinere voeten
- Grotere vinnen
etc.

Genetisch variatie door Mutatie & Recombinatie

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Evolutietheorie: Stap 2
Het leven is zwaar: 
- Wind
- Temperatuur
- Zon
- Droogte
- Predatie
- Partners tekort

Struggle for life / Selectiedruk

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Evolutietheorie: Stap 3
Individuen die overleven kunnen 
hun genen doorgeven naar volgende generatie.

Genen van de individuen die niet overleven 
 of voortplanten sterven uit.

Er treedt een verandering op in de 
genetische variatie van de volgende generatie. 
De soort is geëvolueerd!

Survival of the fittest/ Overerving

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dus, de evolutietheorie zegt:
1. Iedereen is een beetje anders (genetische variatie)

2. Het leven is zwaar door bijv. milieu en concurrentie (selectiedruk)

3. Individuen met de meest gunstige eigenschappen hebben meer kans op overleving en voortplanting (survival of the fittest)

4. Genen van de “fittest” erven over naar de volgende generatie. 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke afbeelding geeft de evolutietheorie weer? A of B?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Bewijs voor Evolutie?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies