§11 Engelse werkwoorden

Engelse werkwoorden
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Engelse werkwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Groep zelfstandig: maak opdracht 5 t/m 7 op blz. 262
Klaar? Lezen of de online opdrachten maken

Slide 2 - Tekstslide

Engelse werkwoorden 

Slide 3 - Tekstslide

Engelse werkwoorden

Slide 4 - Tekstslide

Filmpje NN

Slide 5 - Tekstslide

Engelse werkwoorden
infinitief
stam
tt
vt
vd
werken
werk

ik werk
jij werkt
ik werkte
jij werkte
ik heb gewerkt
mailen
mail
ik mail
jij mailt
ik mailde
jij mailde
ik heb gemaild
daten
date

Slide 6 - Tekstslide

spelling engelse werkwoorden

Slide 7 - Tekstslide

Hoe spel je Engelse werkwoorden?
A
Volgens de Nederlandse spellingsregels
B
Volgens de Engelse spellingsregels
C
Volgens aparte spellingsregels
D
Hangt af van het woord. Sommige spelling volgens Nederlandse regels, andere Engels.

Slide 8 - Quizvraag

Engelse werkwoorden
Hij heeft de bal over het net (smashen).
A
gesmasht
B
gesmashed
C
gesmashet
D
gesmashd

Slide 9 - Quizvraag

(Engelse werkwoorden)
Hij (managen-vt)
A
managede
B
managete
C
managde
D
managte

Slide 10 - Quizvraag

(Engelse werkwoorden)
Wij hebben (basketballen)
A
gebasketballd
B
gebasketbald

Slide 11 - Quizvraag

(Engelse werkwoorden)
Hij (timen - vt)
A
timde
B
timdde
C
timete
D
timede

Slide 12 - Quizvraag

Engelse werkwoorden

Hij (lunchen-vt)
A
lunchte
B
lunchde
C
lunchtte
D
lunchdde

Slide 13 - Quizvraag

Engelse werkwoorden

Hij ...(racen - vt).
A
Hij racte.
B
Hij racette.
C
Hij racde.
D
Hij racete.

Slide 14 - Quizvraag

(Engelse werkwoorden)
Hij (barbecueën-vt)
A
barbecuedde
B
barbecuede
C
barbecuete
D
barbecuette

Slide 15 - Quizvraag

(Engelse werkwoorden)
Zij hebben (volleyballen)
A
gevolleybald
B
gevolleyballd

Slide 16 - Quizvraag

Engelse werkwoorden juist gespeld
Engelse werkwoorden onjuist gespeld
geüpload
hij fixte
hij stresste
wij dateten
Lia downloadde
zij switchtten
ik smashde
opa grillde

Slide 17 - Sleepvraag

Aan de slag
Groep instructie: maak opdracht 2 t/m 5 op blz. 262 + 263
Groep zelfstandig: maak opdracht 5 t/m 7 op blz. 262

Slide 18 - Tekstslide