2 vmbo-t Thema 8.1 Alles werkt

1 / 23
volgende
Slide 1: Woordweb
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Woordweb

Biologie
Paragraaf 8 Je lichaam werkt

Paragraaf 8.1 Het werkt

Slide 2 - Tekstslide

lesdoelen
  • Je weet wat een cel, orgaan, orgaanstelsel is en kunt hier voorbeelden bij geven.
  • Je kunt aangeven hoe het verteringsstelsel, ademhalingsstelsel en bloedvatenstelsel samen werken.
  • Je kunt uitleggen hoe cellen aan energie komen ( verbranding)
  • Je moet kunnen uitleggen hoe je lichaam van de afvalstoffen af komt. 

Slide 3 - Tekstslide

Planning
  • Hoe werkt je lichaam?
  •  Wat is een orgaanstelsel?
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiten

Slide 4 - Tekstslide

Cellen 
Je lichaam bestaat uit miljarden cellen.
Deze werken allemaal samen om je lichaam te laten werken

Onderdelen cel
Celkern, celmembraan, cytoplasma

Slide 5 - Tekstslide

cellen van de mens
Organen en cellen

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Weefsel
Groep cellen met dezelfde taak en vaak dezelfde vorm.

Slide 8 - Tekstslide

Orgaan
Een groep weefsels die samen een taak uitvoeren.

Een onderdeel van je lichaam met een specifieke taak 

Slide 9 - Tekstslide

organen van de mens

Slide 10 - Tekstslide

Orgaanstelsel
Een groep organen die samen een taak uitvoeren

Slide 11 - Tekstslide

Orgaanstelsels werken samen
  • het verteringsstelsel zorgt ervoor dat er voedingsstoffen in je bloed terecht komen.
  • het ademhalingsstelsel zorgt ervoor dat er zuurstof in je bloed komt.
  • het bloedvatenstelsel vervoert de voedingsstoffen en zuurstof naar alle cellen van je lichaam.

Slide 12 - Tekstslide

Orgaanstelsels werken samen
  • Je zenuwstelsel bestaat uit je hersenen, ruggenmerg en zenuwen. Het zorgt ervoor dat alle organen goed werken.

Slide 13 - Tekstslide

Orgaanstelsels werken samen
  • Je zenuwstelsel bestaat uit je hersenen, ruggenmerg en zenuwen. Het zorgt ervoor dat alle organen goed werken.

  • Bv: Je hersenen kunnen de opdracht geven om de spieren samen te trekken.

Slide 14 - Tekstslide

Vragen over 8.1
A
Ja, ik heb een vraag over hoe werkt je lichaam
B
Ja, ik heb een vraag over wat is een orgaanstelsel
C
Ja ik heb een vraag
D
Nee geen vragen

Slide 15 - Quizvraag

Ui welke onderdelen bestaat een dierlijke cel?

Slide 16 - Open vraag

Noem een aantal organen.

Slide 17 - Open vraag

Noem een aantal orgaanstelsels.

Slide 18 - Open vraag

Wat
Maak de opdr. 3 t/m 8 (blz. 59 en 60)
Hoe
vijf minuten zelfstandig stil (ZS)
*Geen vinger opsteken
*Aan het werk
*Stil en stoor niemand
*Blijf op je plek
Laatste vijf minuten zachtjes fluisteren (ZF)
Tijd
Tot de bel
Hulp
Boek en aantekeningen
Opbrengst
Snap je de stof beter
Klaar
Samenvatten, huiswerk voor andere vakken, boek lezen

Slide 19 - Tekstslide

Hierboven zie je een torso zoals in het biologielokaal. Een aantal organen zijn ernaast neergelegd.Sleep de namen van de organen naar het juiste orgaan.
Nier
Longen
Lever
Luchtpijp
Aorta

Slide 20 - Sleepvraag

Weet je het nog?
Wat is de goede volgorde van klein naar groot?
A
cel < weefsel < organisme < organenstelsel < orgaan
B
cel < weefsel < orgaan < organenstelsel < organisme
C
cel < orgaan < weefsel < organenstelsel < organisme
D
cel < orgaan < organenstelsel < weefsel < organisme

Slide 21 - Quizvraag

Bij welk stelsel hoort dit orgaan
A
Uitscheidingsstelsel
B
Spijsverteringsstelsel
C
Bloedvatenstelsel
D
Ademhalingsstelsel

Slide 22 - Quizvraag


nummer 5
A
Long
B
Hart
C
Nier
D
Maag

Slide 23 - Quizvraag