In het hindoeïsme heeft ieder mens een
Atman (ziel), deze Atman is onderdeel van het
goddelijke (Brahman). Brahman omvat alles wat wij kunnen zien en niet zien. Via Brahman en de Atman zijn alle levende dingen op aarde met elkaar verbonden. Niets staat boven het ander. Niemand is beter dan de ander. De mens is niet méér waard dan een beestje of een boom. Daarom mogen mensen zich ook niet zo gedragen.
In het hindoeïsme is alles met elkaar verbonden, waardoor het nastreven van de waarde nederigheid direct te maken heeft met hoe men nu leeft, maar óók gevolgen heeft voor het leven hierná.