Ontwikkelingspsychologie 3 - Problemen in de ontwikkeling
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1
In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Als de ontwikkeling anders gaat, waar denk je dan aan?
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Slide 6 - Tekstslide
Opgroeien in armoede
Erfelijke aandoening
Gescheiden ouders
Problemen in het gezin
Dyslexie
Verstandelijke beperking
Interne factor
Externe factor
Slide 7 - Sleepvraag
Slide 8 - Tekstslide
Een alarmsignaal voor de ontwikkeling kan zijn dat het kind geen contact maakt met andere kinderen. Onder welk aspect valt dit?
A
Lichamelijke aspect
B
Cognitieve aspect
C
Sociale aspect
D
Emotionele aspect
Slide 9 - Quizvraag
Een alarmsignaal voor de ontwikkeling kan zijn dat een kind ongecontroleerde bewegingen maakt en gebrekkige coördinatie heeft. Onder welk aspect valt dit?
A
Lichamelijke aspect
B
Cognitieve aspect
C
Sociale aspect
D
Emotionele aspect
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Een voorbeeld van een risicofactor is dat een kind een broertje heeft met een ontwikkelingsstoornis . Op welk gebied ligt deze factor?
A
Het kind
B
De ouders
C
Het gezin
D
De omgeving
Slide 12 - Quizvraag
Een voorbeeld van een risicofactor is dat een kind een te laag geboortegewicht heeft. Op welk gebied ligt deze factor?
A
Het kind
B
De ouders
C
Het gezin
D
De omgeving
Slide 13 - Quizvraag
Een voorbeeld van een risicofactor is dat een kind ouders heeft die in een vechtscheiding zitten. Op welk gebied ligt deze factor?
A
Het kind
B
De ouders
C
Het gezin
D
De omgeving
Slide 14 - Quizvraag
Een voorbeeld van een risicofactor is dat een kind in een wijk opgroeit waar veel armoede is. Op welk gebied ligt deze factor?
A
Het kind
B
De ouders
C
Het gezin
D
De omgeving
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
De omgeving kan een beschermende factor zijn voor de ontwikkeling van een kind. Op welke manier kan jij een beschermende factor zijn voor een kind als Onderwijsassistent of Pedagogisch medewerker?