§6.3 Rekenen met de tangens

H4 Voorkennis

§6.3 Rekenen met tangens

1 / 34

Slide 1: Tekstslide

WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Lesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H4 Voorkennis

§6.3 Rekenen met tangens

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel van deze les:

Je kan met de tangens de lengte van een zijde berekenen

Slide 2 - Tekstslide

Helling

Er zijn 2 manieren om aan te geven hoe groot de helling is:

Hellingshoek in graden
Hellingsgetal

h e l l i n g s g e t a l = \frac{​ h o o g t e ​ ​}{​ a f s t a n d ​}

Slide 3 - Tekstslide

Hoe groot is de hellingshoek ?
(tan-1)

13 °

30 °

90 °

165 °

Slide 4 - Quizvraag

Helling

Hellingshoek =

13 °

Slide 5 - Tekstslide

Bereken het hellingsgetal.

h e l l i n g s g e t a l = \frac{​ v e r t i c a l e v e r p l a a t s i n g ​ ​}{​ h o r i z o n t a l e v e r p l a a t s i n g ​}

h e l l i n g s g e t a l = \frac{​ v e r t i c a l e v e r p l a a t s i n g ​ ​}{​ h o r i z o n t a l e v e r p l a a t s i n g ​}

h e l l i n g s g e t a l = \frac{​ h o o g t e ​ ​}{​ a f s t a n d ​}

Slide 6 - Open vraag

Helling

Er zijn 2 manieren om aan te geven hoe groot de helling is:

Hellingshoek (tan-1) = 13°

h e l l i n g s g e t a l (t a n) = \frac{​ 9 ​ ​}{​ 4 0 ​} = 0, 225

Slide 7 - Tekstslide

Als je de hellingshoek hebt, dan kan je in één keer het hellingsgetal berekenen.

Daarvoor gebruik je de tangens.

Notatie: tan

h e l l i n g s g e t a l \approx 0, 23

13 °

13 ° \approx 0, 23

hellingshoek =

Slide 8 - Tekstslide

tan ∠ P = \frac{​ o v e r s t a a n d e r e c h t h o e k s z i j d e ​ ​}{​ a a n l i g e n d e r e c h t h o e k s z i j d e ​}

h e l l i n g s g e t a l = \frac{​ h o o g t e ​ ​}{​ a f s t a n d ​}

Slide 9 - Tekstslide

Goniometrische verhoudingen

Slide 10 - Tekstslide

Vanuit ∠ Q, wat is de

overstaande rechthoekszijde?

Slide 11 - Quizvraag

Vanuit ∠ Q, wat is de

aanliggende rechthoekszijde?

Slide 12 - Quizvraag

Bereken tan

tan ∠ P = \frac{​ o v e r s t a a n d e r e c h t h o e k s z i j d e ​ ​}{​ a a n l i g e n d e r e c h t h o e k s z i j d e ​}

tan ∠ Q = \frac{​ o v e r s t a a n d e r e c h t h o e k s z i j d e ​ ​}{​ a a n l i g e n d e r e c h t h o e k s z i j d e ​}

∠ Q

3:4 (0,750)

4:3 (1,333)

Slide 13 - Quizvraag

tan ∠ Q = \frac{​ P R ​ ​}{​ Q R ​} = \frac{​ 3 ​ ​}{​ 4 ​} = 0, 750

∠ Q = 37 °

shift tan 0,750

Als je de tangens van een hoek hebt berekend, kan je de hoek berekenen met:

shift tan (getal) = hoek

Slide 14 - Tekstslide

Bereken
dus o/a(shift tan)

∠ P = . . . °

Slide 15 - Open vraag

tan ∠ P = \frac{​ O ​ ​}{​ A ​} = \frac{​ 4 ​ ​}{​ 3 ​} = 1, 333

∠ P = 53 °

shift tan 1,333

Slide 16 - Tekstslide

tan ∠ P = \frac{​ Q R ​ ​}{​ P R ​} = \frac{​ 4 ​ ​}{​ 3 ​} = 1, 333

∠ P = 53 °

∠ P + ∠ Q + ∠ R = 180 °

Dit mag ook:

∠ P + 37 ° + 90 ° = 180 °

∠ P = 53 °

Slide 17 - Tekstslide

Check: Ik weet welke zijden van een driehoek ik moet gebruiken om de tangens van een hoek uit te rekenen.

😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

Check: Ik kan de grootte van een hoek berekenen als ik de tangens van die hoek weet.

😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll

Aan de slag

Maken opdracht 14 t/m 20

Af en nagekeken dinsdag voor aanvang les

Slide 20 - Tekstslide

Goniometrische verhoudingen

Slide 21 - Tekstslide

Goniometrische verhoudingen

Slide 22 - Tekstslide

Goniometrische verhoudingen

SOL

CAL

TOA

noteer

Slide 23 - Tekstslide

Maak opgave 22a

timer

4:00

Slide 24 - Tekstslide

Maak opgave 22a

Slide 25 - Tekstslide

Opgave 23

Slide 26 - Tekstslide

Opgave 23

Slide 27 - Tekstslide

Maak opgave 24 en 25 (blz 212)

Klaar? Maak 16 en 17.

Na ... minuten opdrachten controleren.

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Check: Ik kan de grootte van een hoek berekenen als ik de cosinus van die hoek weet.

😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll

Check: Ik kan de grootte van een hoek berekenen als ik de sinus van die hoek weet.

😒🙁😐🙂😃

Slide 33 - Poll

Afronding les

Huiswerk voor woensdag

Par 6.3 opgaven: 16, 17

Par 6.4 opgaven: 24, 25

Volgende les: Tangens, Sinus en Cosinus gebruiken bij het berekenen van een lengte van een rechthoekige driehoek.

Slide 34 - Tekstslide

§6.3 Rekenen met de tangens

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Poll

Slide 19 - Poll

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Poll

Slide 33 - Poll

Slide 34 - Tekstslide

Meer lessen zoals deze

H6.3 Rekenen met de tangens

tangens

H6.3 Rekenen met de tangens

3 Havo H2.5 hellingsgetal en 2.6 tangens les 2

Hoofdstuk 6 Goniometrie 6.3 + 6.4

sinus, cosinus en tangens

H4.2 hellingsgetal en hellingspercentage (1)

sinus, cosinus en tangens