1920 Chemisch rekenen § 3 massabehoud en massaverhouding

Chemisch rekenen 
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Chemisch rekenen 

Slide 1 - Tekstslide

Deze les 

  • Hand-out bekijken
  • Uitleg massabehoud en massaverhouding


  • Maak 1 t/m 6 hand-out
  • Maak hd4 §4 som 27, 28AB






Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van de les kan je:
  1.  in je eigen woorden de wet van massabehoud uitleggen.
  2. rekensommen met behulp van de wet van massabehoud oplossen.
  3. de massaverhouding tussen twee stoffen in een reactievergelijking bepalen. 

Slide 3 - Tekstslide

Chemisch rekenen
Wet van atoombehoud
alle atomen voor de pijl moeten na de pijl weer terugkomen
Wet van massabehoud
de massa van de beginstoffen is gelijk aan de massa van de reactieproducten

Slide 4 - Tekstslide

Wet van massabehoud
4 Al (s) + 3 O2 (g) --> 2 Al2O3 (s)
Stel 9 gram aluminium reageert tot 17 gram aluminiumoxide. Dan was er 17-9 = 8 gram zuurstof nodig. 

Slide 5 - Tekstslide

Hoeveel kg aluminiumoxide ontstaat als 90 kg aluminium reageert met 80 kg zuurstof?

Slide 6 - Open vraag

Massaverhouding
4 Al (s) + 3 O2 (g) --> 2 Al2O3 (s)

De verhouding tussen aluminium en zuurstof is altijd gelijk. In dit geval Al (s) 9 : O2 (g) 8 

Met de massaverhouding kun je berekenen hoeveel stof je nodig hebt (volgende les)

Slide 7 - Tekstslide

Hoeveel gram aluminiumoxide ontstaat als 9 g aluminium reageert met 8 g zuurstof?

Slide 8 - Open vraag

Deze les 

  • Hand-out bekijken
  • Uitleg massabehoud en massaverhouding


  • Maak 1 t/m 6 hand-out

maak de vragen in stilte
Vragen ? Vinger omhoog en ik kom langs
Laatste 10 minuten van de les zijn weer klassikaal







Slide 9 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van de les kan je:
  1.  in je eigen woorden de wet van massabehoud uitleggen.
  2. rekensommen met behulp van de wet van massabehoud oplossen.
  3. de massaverhouding tussen twee stoffen in een reactievergelijking bepalen. 
gaa we ff checken

Slide 10 - Tekstslide

Voor de verbranding van 20 gram propaan is 73 gram zuurstof nodig. Er ontstaat 60 gram koolstofdioxide en hoeveel water?

Slide 11 - Open vraag