In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Programma
H3.2 oefenopgave
Uitleg 3.3
Oefenvragen 3.3
Maken van Huiswerk
Slide 1 - Tekstslide
Even herhalen
Saïd doet 500 g water (c water = 4,2 J/(g °C)) in een warmtemeter. Hij brengt met een dompelaar het water in 5,0 min tot het kookpunt. Het vermogen van de dompelaar is 630 W.
A Bereken de energie die de dompelaar verbruikt
B Bereken de begintemperatuur van het water. Ga ervan uit dat er geen warmteverlies optreedt.
Slide 2 - Tekstslide
Uitwerking
Saïd doet 500 g water (c water = 4,2 J/(g °C)) in een warmtemeter. Hij brengt met een dompelaar het water in 5,0 min tot het kookpunt. Het vermogen van de dompelaar is 630 W.
Slide 3 - Tekstslide
H 3.3 Isoleren
Slide 4 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen op welke manieren een huis warmte verliest.
Je kunt uitleggen hoe je het warmteverlies in een huis kunt verkleinen.
Je kunt manieren van isolatie van een gebouw benoemen.
Je kunt berekeningen over isolatie van gebouwen maken.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Transport van Warmte
van een hoge naar lage temperatuur
- Geleiding
- Stroming
- Straling
Slide 7 - Tekstslide
Warmteverlies door geleiding
Warmte verlies door een stof: Geleiders zoals metalen geven warmte snel door. Dat betekent dat ze veel warmte verliezen.
Isolatoren zoals glas/kunststof/papier geleiden warmte slecht. Hierdoor heb je weinig warmteverlies.
Slide 8 - Tekstslide
Warmteverlies door stroming
Verwarmen van een vloeistof of gas -> stroming of convectie
Warmteverlies door stroming ga je tegen door te zorgen dat warmte lucht niet weg kan.
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Warmteverlies door straling
Warmteverlies door straling voorkom je door de straling terug te kaatsen. Dit kun je doen door spiegelend materiaal te gebruiken.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Oefenopgave Warmte
Een vleermuis (m = 6,6 g) in een grot, waar het 5°C is, onderbreekt een aantal keren haar winterslaap. Dan stijgt haar temperatuur van 5°C naar 37°C. De vleermuis heeft een soortelijke warmte van 3,0 J / (g ∙ °C).
Voor het isoleren van een muur gebruik je een materiaal met een ...
A
hoge warmtegeleidingscoëfficiënt
B
lage
warmtegeleidingscoëfficiënt
Slide 16 - Quizvraag
In een stapelbed slaapt degene die boven ligt het warmst. Dit komt door ...
A
Geleiding
B
Straling
C
Stroming
D
Isoleren
Slide 17 - Quizvraag
Warmteverlies beperken
Isoleren !
hr +++ glas ipv enkel en dubbel glas
Spouwmuur opvullen met isolatiemateriaal
Daken en vloeren isoleren
Verwarmingsleidingen isoleren
Oppervlakten met folie bedekken (achter verwarming)
Kieren dichten met een tochtstrip
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Video
Warmteverlies door stroming ga je tegen ...
A
Door het vasthouden stilzetten van de lucht
B
Met isolatoren
C
Door de warmte terug te kaatsen
Slide 20 - Quizvraag
Je ziet hiernaast een schematische weergave van een flatgebouw. Elk van de appartementen verliest warmte. Zet de appartementen in volgorde van warmteverlies. Het appartement met het grootste warmteverlies als eerste.